►Waar gaan de normen over?
Normen hebben betrekking op de volgende aspecten van goede doelenorganisaties, hun: missie/maatschappelijke waarde, middelen, activiteiten/organisatie, resultaten, maatschappelijke impact, governance, verantwoording enbelanghebbenden. De normen zijn gedifferentieerd: voor grotere organisaties gelden andere normen dan voor kleinere. Er zijn vier categorieën in oplopende graad van baten: A (tot een ton), B (tot een half miljoen euro), C (tot 2 mio.) en D (boven 2 mio.).
Op de website van het CBF wordt uitleg gegeven: 'De normen gaan niet langer enkel over fondsenwerving en/of kostenpercentages. Goededoelenorganisaties doen veel meer en alle te onderscheiden aspecten hangen binnen organisaties met elkaar samen. Daarnaast staat elke organisatie ook weer in een context en ook die context is van belang voor de organisatie. In het nieuwe, bredere toezicht gaan we uit van de filantropische keten. Die bestaat uit zeven onderdelen en geeft weer op welke onderdelen organisaties volgens de nieuwe normen getoetst moeten worden en hoe de onderdelen met elkaar in verband staan.'
►Hoe is de Commissie Normstelling samengesteld?
De Commissie Normstelling garandeert ‘public oversight’ en bestaat uit zeven leden uit de kring van het gevers-, sector- en donateursbelang, alsmede een aantal experts. Deze samenstelling is in principe als volgt gespecificeerd: 1 voorzitter, 2 leden op voordracht van de brancheorganisaties Nederland Filantropieland en Goede Doelen Nederland, 2 leden die het publiek/de donateurs vertegenwoordigen en 2 experts. Bij de samenstelling wordt recht gedaan aan de vertegenwoordiging van alle relevante belangen en expertise. De toezichthouder (CBF) bekleedt een advieszetel in de Commissie Normstelling om de afstemming tussen normstelling en toezicht te garanderen: dit is een extra zetel zonder stemrecht. Om de onafhankelijkheid te garanderen kunnen leden van de Stuurgroep, bestuursleden en medewerkers van de brancheorganisaties Goede Doelen Nederland en Nederland Filantropieland en medewerkers en leden van de Raad van Toezicht van het CBF géén lid van de Commissie Normstelling zijn.
►Wie zijn de eerste leden van de Commissie Normstelling?
De Commissie Normstelling bestaat momenteel uit de volgende leden:Hans Gortemaker (foto), voorzitter is gedurende 35 jaar werkzaam geweest bij PWC. Sinds 1990 is Gortemaker hoogleraar accountancy aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij bekleedt diverse bestuurs- en toezichthoudende functies. Hij was lid van het college van deskundigen/tijdelijke commissie normstelling van het CBF.
Hans de Cocq van Delwijnen is sinds 2009 Voorzitter van de Raad van Bestuur van Raamwerk. Daarvoor is hij werkzaam geweest in directieposities in de sociale werkvoorziening en bij Compaq Computers en Reed Elsevier. Hij is voorgedragen door Nederland Filantropieland.
Bregje Krijnen is voorgedragen door de Consumentenbond en vertegenwoordigt in die hoedanigheid het donateurs-consumentenbelang in de commissie. Zij is gedurende 16 jaar werkzaam geweest bij de Consumentenbond en werkt momenteel als advocaat bij UdinkSchepel Advocaten.
Helen Overes is jurist en werkzaam als Universitair hoofddocent vennootschaps- en rechtspersonenrecht aan de VU. Vanaf eind jaren negentig was Overes juridisch adviseur van het CBF en maakte zij deel uit van het college van deskundigen/tijdelijke commissie normstelling.
Perry Perfors is voorgedragen door de Consumentenbond en vertegenwoordigt in die hoedanigheid het donateurs/consumentenbelang. Hij was tot zijn pensioen in verschillende functies werkzaam bij de Consumentenbond. Daarnaast had Perfors een aanstelling als hogeschooldocent onderzoekmethodologie.
Gerdy Schippers (foto), directeur van Stichting De Basis, is voorgedragen door Goede Doelen Nederland. Zij was ook lid van het college van deskundigen/Tijdelijke Commissie Normstelling. Schippers heeft meer dan dertig jaar ervaring in (inter)nationale not-for-profit organisaties en fondsenwervende instellingen.
►Waar is de Commissie Normstelling verantwoordelijk voor?
De nieuwe commissie is officieel op 4 april gestart en is verantwoordelijk voor:• Het periodiek evalueren, eventueel bijstellen en vaststellen van de normen van de Erkenningsregeling; op deze normen worden erkende organisaties door het CBF getoetst;
• Een voor de sector werkbare en eenduidig toetsbare normenset;
• Het zorgvuldig afwegen van het gevers-, sector- en donateursbelang, en het algemeen maatschappelijk belang.
Bij de normstelling zijn de doelstellingen van de Erkenningsregeling leidend.