Prins Pieter-Christiaan en burgemeester Pauline Krikke hebben vanochtend vlaggen van het Rode Kruis gehesen langs de Hofvijver in Den Haag. In de Ridderzaal neemt Willem-Alexander het eerste exemplaar van het jubileumboek Hier om te helpen in ontvangst. Dit boek beschrijft anderhalve eeuw Rode Kruis-hulpverlening aan de hand van verhalen van vrijwilligers. Tijdens de viering in Den Haag wordt ook de Henry Dunantlezing uitgesproken, dit keer door diplomate Sigrid Kaag die sinds 2012 is verbonden aan het Rode Kruis.
Geschiedenis
Het Rode Kruis heeft een mooie geschiedenis, die al begint in 1859. Toen was de Zwitserse bankier Jean Henry Dunant (1828 - 1910) toevallig getuige van een veldslag tussen het Franse leger onder Napoleon III en het Oostenrijkse leger bij het Italiaanse plaatsje Solferino. Na deze veldslag bleven 40.000 slachtoffers op het slagveld achter. Niemand keek naar hen om. Dunant kon dit niet aanzien. Hij ging de gewonden helpen. In zijn eentje was dit echter onbegonnen werk. Daarom riep hij de hulp in van de vrouwen in het dorp. Hij richtte met hen hulpposten in voor de gewonden van beide partijen.
Terug in Genève bleef de veldslag hem bezighouden en schreef hij het boek Een herinnering aan Solferino waarin hij voorstelde tot de oprichting van vrijwillige hulpverenigingen. Bij een vergadering in 1863 van zestien Europese staten keurden vertegenwoordigers Dunants voorstel goed om verenigingen van vrijwillige hulpverleners op te richten. Zij spraken af om een rood kruis op een wit vlak als embleem te gebruiken. De afspraken werden in 1864 vastgelegd in de eerste Conventie van Genève. In de jaren daarna werden in veel landen nationale Rode Kruis-verenigingen opgericht. Het Rode Kruis van België was in 1864 de eerste nationale vereniging. Het Nederlandse Rode Kruis werd in 1867 opgericht.
Hoe het Rode Kruis ontstond:
In 1870 kwamen de hulpverleners van het Nederlandse Rode Kruis voor het eerst in actie tijdens de Frans-Duitse oorlog. Inmiddels is het Rode Kruis een wereldwijde organisatie met meer dan zeventien miljoen vrijwillige hulpverleners, onder wie bijna dertigduizend in Nederland.