‘Allemaal vinden we dat kleine meisjes niet horen rond te drijven in de Middellandse Zee. En dat kleine jongetjes niet horen aan te spoelen op een Turks strand. Allemaal vinden we dat 'Europa' meer moet doen om het vluchtelingenprobleem aan te pakken.(…) We vinden heel veel.
De tijd is voorbij om alleen maar dingen te vinden. Om op te roepen tot solidariteit. Om te blijven praten over hoeveel vluchtelingen we nu wel of niet opnemen. (…) Nu staan de slachtoffers op de stoep. Daar kunnen we veel van vinden. Maar ze staan er.
Dit is niet de zoveelste oproep aan politici of de zoveelste roep om solidariteit. (…) Maar dit is op de eerste plaats een uiting van trots, van respect voor al diegenen die in ons land klaarstaan voor een ander in nood. Uit menselijkheid. Clubs als de onze en vele tientallen particuliere initiatieven doen zoveel als ze kunnen om hulp te verlenen, daar en hier, en om de belangen en rechten van vluchtelingen te verdedigen.
Laten we die hulp, die steun verdubbelen. Vertienvoudigen. Dit is niet een oproep om geld over te maken, hoe hard dat ook nodig is voor de hulp aan vluchtelingen, wereldwijd. Dit gaat over ons vertrouwen dat we met elkaar in staat zijn iedereen die geweld ontvlucht een warm en veilig heenkomen te bieden. Daar of hier.
Niemand heeft hét antwoord op dit probleem. Het gaat erom wat jij zelf kunt doen. Met je buurman, school, vrienden. Werk aan het onderwerp in je gemeente of je politieke partij. Doe iets, hoe klein ook, denk met ons mee, laat het ons weten.'
Ingekorte versie van de verklaring van: Arjan Hehenkamp (Artsen zonder Grenzen), Gijs de Vries (Nederlandse Rode Kruis), Tineke Ceelen (Stichting Vluchteling), Dorine Manson (Vluchtelingenwerk Nederland), Eduard Nazarski (Amnesty International Nederland), Pim Kraan (Save the Children).
Goede doelen