Het is nu al een iconisch beeld: de lijsttrekker van D66 dansend op een tafel aan het Binnenhof. Ik kan mij de euforie goed voorstellen. Maar de volgende dag nog eens nuchter het slagveld overziend, moet mevrouw Kaag de danslust snel zijn vergaan. Tel eens op. Je bent veroordeeld tot regeren met rubberen Rutte. Geen enkele premier in de parlementaire geschiedenis heeft ooit een vierde termijn tot een goed einde gebracht. Het Haagse Plein ligt vol landmijnen in de vorm van dreigende parlementaire enquêtecommissies. Aan de zijlijn staat niet één, maar staan drie populistische fracties je feitenvrij uit te fluiten. Sinds Thierry zijn vleugel meesleepte naar zijn werkkamer, kan de lol niet op. Nu komt Boerin Koekkoek al met haar trekker naar kantoor. En nog geen week later is een serieuze verkenning ontaard in een klucht. Delicate aantekeningen flitsen door de media. Gefeliciteerd met de uitslag!
Een van mijn eerste banen bracht mij naar Paramaribo, de hoofdstad van Suriname. We schrijven begin jaren ’90. Ruud Lubbers was in Nederland bezig met zijn derde kabinet “het karwei af te maken.” In de Tweede Kamer hadden acht partijen zitting. Wim Deetman hanteerde de voorzittershamer. Het ging er ordelijk aan toe. De Nationale Assemblée van Suriname vormde voor mij destijds een scherp contrast. De stoelen vlogen er nog wel eens door de lucht. Jagernath Lachmon, bij leven de langst zittende parlementariër ter wereld, ging als voorzitter op zeer eigenzinnige wijze te werk. Het kleurrijke taalgebruik van de bekvechtende parlementariërs kruidde mijn Nederlandse woordenschat. Een coup werd er gewoon per telefoon gepleegd. Ik meende in een Zuid-Amerikaans circus te zijn beland.
Als ik nu kijk naar het Haagse parlement in mijn ooit zo degelijke vaderland, dan schiet ik in de lach. Nog even en er zitten 150 volksvertegenwoordigers door elkaar heen te kraaien met ieder een ander kartonnetje zwaaiend boven zijn of haar zetel: 150 varianten op “Ik wil Bolletje!” Gelukkig zitten de stoelen stevig vast aan de vloer. De man zonder eigenschappen laveert ondertussen als Eerste Minister met telkens wisselende meerderheden het vaderland door de chaos. In retrospectief ging het er in mijn tropenjaren in De West overzichtelijk aan toe. Met zeventien partijen, waarvan acht met hooguit vijf zetels, de onvermijdelijke afsplitsingen nog niet meegerekend, is onze democratie veranderd in een pandemonium. Wie overdag de show heeft gestolen met de meest burleske hyperbolen, mag ’s avonds aanschuiven bij één van de talkshows om daar het kunstje nog eens op hoge toon te herhalen, natuurlijk begeleid door een impromptu conference van een inderhaast opgetrommelde cabaretier. Het volk zal vermaakt.
Dit politieke theater vraagt om een andere rol van civil society. Bij een stabiel bestel van regenten moet je misschien vooral agenderen, wakker schudden en een tegenmacht vormen. Maar wie houdt in dit Haagse pandemonium in vredesnaam nog het vizier op de lange termijn? Deze coronapandemie maakte nog eens aanschouwelijk, dat we bijvoorbeeld met die paar plukjes natuur die we van de ondergang hebben gered niet toe kunnen. Zelfs om te wandelen of even in het groen te verpozen komen we schromelijk tekort. Geen woord erover in de campagne. En – read my lips – straks ook niet in het regeerakkoord. Datzelfde regeerakkoord zal vrijwel zeker ook zwijgen over de halvering van de veestapel: een noodzaak voor mens, dier én samenleving. Over het klimaat werd in de campagne nauwelijks gedebatteerd. Het grovelijk schenden van de rechtsstaat door de rijksoverheid: geen onderwerp. Dan zal het toch moeten komen van een burgerbeweging die de boel bij elkaar houdt. Van vitale verenigingen en stichtingen met hun betrokken achterban van leden, donateurs en vrijwilligers. Van verstandige bestuurders die de talkshows negeren en het oog op de bal houden. Niet eerder was het maatschappelijk middenveld zo belangrijk.
Filosoof, bestuurder, toezichthouder en auteur Johan van de Gronden is sinds kort toegetreden tot het corps columnisten en experts van De Dikke Blauwe, het onafhankelijke platform voor nieuws en opinie over filantropie. Van de Gronden is in de sector bekend als bestuurlijke zwaargewicht, onder andere als voormalig directeur van WNF en tegenwoordig als directievoorzitter van KWF Kankerbestrijding. Hij zal op persoonlijke titel regelmatig bespiegelingen leveren met een brede maatschappelijke insteek, zoals over de fysieke Leefomgeving, natuur, gezondheid, civil society, burgerparticipatie en Filosofie & Samenleving. Meer info: klik hier.
►Ga naar Johans eigen pagina op deze website, waarop zijn columns en berichten over hem zelf staan verzameld: klik hier.
Filantropie