Kennisbank Filantropie, het beoogde centrale informatiepunt binnen het nieuwe Validatiestelsel, is volledig ‘on hold’ gezet in afwachting van een beslissing van het bestuur en van suprakoepel SBF over de toekomstige rol van deze databank. In oktober komt er een ‘Ronde Tafel’ om alle scenario’s met betrokkenen te bespreken, aldus VFI-voorzitter en SBF-bestuurslid Jan Jaap de Graeff tegenover Filanthropium Journaal. Tot die tijd wordt de website niet aangevuld en worden alle investeringen (o.a. ICT) gestopt. Ook is er drastisch in de exploitatiekosten gesneden: alleen directeur Norbert van Berckel staat vanaf 1 augustus nog op de loonlijst. Alle andere medewerkers zijn intussen verdwenen.
Door Edwin Venema & Charles Groenhuijsen
Gedoodverfde kandidaat
Kennisbank Filantropie is lange tijd de gedoodverfde kandidaat geweest om te gaan fungeren als hét informatiepunt voor burgers binnen het nieuwe Validatiestelsel. Stichting Kennisbank Filantropie is ontstaan vanuit een samenwerking tussen het Centraal Informatiepunt Goede Doelen (CIGD) en de Samenwerkende Brancheorganisaties Filantropie (SBF). CIGD is de ‘erfenis’ van de inmiddels ter ziele gegane Donateursvereniging. Deze vereniging bouwde door CIGD met financiële steun van enkele weldoeners, onderwie Ton aan de Stegge, aan de grootste charitatieve databank van Nederland. Na de vorming van de Stichting Kennisbank Filantropie ontving de databank een subsidie vanuit het ministerie van Veiligheid & Justitie van 3,5 ton om de databank ‘om te katten’ voor haar toekomstige functie. Op dit moment bevat de Kennisbank de gegevens van zo’n 30.000 organisaties, die op basis van vrijwilligheid zijn aangeleverd door de instellingen.
Jammerlijk mislukt
Het bestuur van de Stichting Kennisbank Filantropie bestaat uit vier leden, van wie er twee namens de SBF invloed uitoefenen op het beleid: Paul Beerkens (bestuurslid) en Reyer Hulstein (secretaris). Daarnaast zijn er twee onafhankelijke bestuursleden: Zita Jankovich (voorzitter) en Jon Schaefer (penningmeester). Dit bestuur stelde twee jaar geleden Norbert van Berckel aan als directeur. Van Berckel volgde Viola Lindeboom op om de Kennisbank verder uit te bouwen. Dit betekende onder andere het op gang brengen van een gezond verdienmodel met eigen inkomsten uit b2b-diensten, zoals het verkopen van data aan dienstverleners in de sector. Deze missie lijkt vooralsnog jammerlijk mislukt. Het tekort op de exploitatiebegroting liep in 2014 op tot een halve ton. Daarnaast draagt de Stichting op haar balans ook nog een schuld van bijna 4 ton mee in de vorm van een achtergestelde lening van twee filantropen (via Stichting Phantasia en Twenthe Beheer B.V.). Deze lening heeft geen directe invloed op de lopende exploitatie, maar de rente (4,5%) erover wordt wel jaarlijks, cumulatief toegevoegd aan het balanstekort, waardoor dit gestaag oploopt.
Draconische maatregelen
Hoewel er volgens VFI-voorzitter en tevens SBF-bestuurslid Jan Jaap de Graeff op dit moment geen negatieve exploitatie is bij de Kennisbank, zijn er draconische maatregelen genomen om toekomstige tekorten op de exploitatie te voorkomen. Alle personeelsleden (in 2014 gemiddeld nog 4) zijn per 1 augustus 2015 van de loonlijst geschrapt, met uitzondering van directeur Norbert van Berckel. Het gevolg van deze maatregel is wel dat de Kennisbank feitelijk vrijwel volledig tot stilstand is gekomen. Er is geen capaciteit meer om nieuwe data in te voeren en alle investeringen, zoals in ICT, zijn tot nader order ‘on hold’ gezet.
Ronde Tafel
VFI-voorzitter en SBF-bestuurslid Jan Jaap de Graeff (voorzitter VFI) zegt in deze editie van Filanthropium Journaal in de context van het nieuwe Validatiesysteem en in antwoord op concrete vragen over de Kennisbank hierover het volgende: ‘Wat betreft de Kennisbank zijn er twee vragen. De eerste is een financiële. In de Kennisbank zijn investeringen gedaan, waarmee de beoogde databank voor een belangrijk deel is gerealiseerd. Maar de exploitatie moet natuurlijk komen uit reguliere inkomsten. Uitgangpunt daarvoor was verplichte registratie van alle filantropische instellingen, met een bijbehorende financiële bijdrage aan de Kennisbank. Dat laat op zich wachten. Een dergelijke verplichting wordt geregeld door een algemeen verbindendverklaring door de overheid. Daarom zijn verdere investeringen in de Kennisbank stopgezet en wordt de website momenteel niet verder aangevuld. Op dit moment is er geen sprake van een negatieve exploitatie. Daarnaast is er een tweede vraag. Namelijk hoe de functie van de Kennisbank zich verhoudt tot informatiebeheer door de toezichthouders, voor het fondsenwervende deel van de sector het CBF. SBF heeft op dit punt advies ingewonnen bij een deskundige die een aantal scenario’s heeft uitgewerkt. In oktober komt er een Ronde Tafel met betrokken partijen om deze scenario’s met elkaar te bespreken en de koers vast te stellen. Als die koers helder is, wordt ook duidelijk hoe we zowel inhoudelijk als financieel met de Kennisbank verder gaan.’
Catch 22
De conclusie op dit moment is dat de Kennisbank Filantropie zich in een klassieke ‘Catch 22-situatie’ bevindt. De ‘olifant in de kamer’ wordt daarbij door vrijwel alle betrokkenen angstvallig niet genoemd: namelijk de gemiddeld slechte kwaliteit van de gegevens in deze databank, die voor een belangrijk deel wordt geweten aan het feit dat instellingen op basis van vrijwilligheid informatie aanleveren: er is immers (nog) geen verplichting. Hoewel de Kennisbank prat gaat op de kwantiteit van haar gegevens – van ruim 30.000 instellingen – leert eigen onderzoek van het totale gegevensbestand door Filanthropium Journaal dat de kwaliteit van – in elk geval een groot deel van - de basisgegevens ernstig te wensen overlaat. Veel gegevens blijken verouderd omdat nieuwe besturen de informatie niet actualiseren. Slechts 1,5% van de instellingen uit het bestand van de Kennisbank doet een opgave van enige besteding; slechts 3% doet een accurate opgave van informatie over het bestuur, zo bleek uit onderzoek van Filanthropiums jaargids ‘De Dikke Blauwe’ dit voorjaar.
Snelheid cruciaal
De slechte kwaliteit van de data is een mogelijke verklaring voor de zeer teleurstellende inkomsten uit b2b-diensten; een situatie die bepaald niet verbetert nu de dataverwerking helemaal is stil komen te liggen. Voor een overlevingsscenario lijkt derhalve de snelheid waarmee het bestuur van de Stichting en SBF en betrokkenen een beslissing kunnen nemen over de rol van de Kennisbank in het nieuwe stelsel cruciaal. Zonder een verplichte registratie als gevolg van een Algemeen Verbindendverklaring door de overheid zal de kwaliteit van de data niet toenemen; in elk geval niet zonder extra inspanningen (en kosten) om de data te actualiseren. Het uitblijven van reguliere inkomsten – zowel van bedrijven voor b2b-diensten als van erkende instellingen – maakt dat de Kennisbank niet zonder externe financiering overeind kan blijven en is gedoemd een ‘bleeder’ te blijven. Filanthropium Journaal heeft uit betrouwbare bronnen vernomen dat pogingen om externe financiering te vinden bij fondsen en (nieuwe) weldoeners vooralsnog niets hebben opgeleverd. Iedereen lijkt in afwachting van een definitieve beslissing over de rol van de Kennisbank in het nieuwe stelsel, en dit geldt ook voor de overheid. Ziehier de eerder geschetste Catch 22: een impasse die doorbroken moet worden door de aangekondigde Ronde Tafel deze maand. Komt er dan op basis van de beslissing om Kennisbank definitief aan te wijzen als hét nationale infopunt geen hierop gebaseerd verdienmodel uit reguliere inkomsten op tafel, dan lijkt de Kennisbank ten dode opgeschreven. Daarbij moet rekening gehouden worden met een overbruggingsperiode tot aan de Algemeen Verbindendverklaring, die op z’n vroegst pas einde 2016 en mogelijk pas in 2017 wordt afgegeven door de overheid.
Relatie met toezichthouder CBF
Voor de rol van de Kennisbank is daarbij, zoals SBF-bestuurslid De Graeff aangaf, ook belangrijk in welke verhouding deze komt te staan ten opzichte van de toezichthouder CBF. In een interview in deze editie van Filanthropium Journaal zegt De Graef hierover: ‘…op het moment dat de toezichthouder afhankelijk wordt van wat in het informatiepunt is opgeslagen, dan kan het risico ontstaan dat men niet of niet op tijd of over (nog) niet gevalideerde gegevens kan beschikken voor de adequate uitoefening van het toezicht. We zitten dus wel met de vraag: welke kennis moet er zijn bij de toezichthouder en welke bij het infopunt en wat is de precieze relatie tussen die twee? Dat wordt nu onderzocht.’
Filanthropium Journaal houdt u op de hoogte van verdere ontwikkelingen, waaronder de ‘Ronde Tafel’ deze maand.
Wilt u het interview lezen met VFI-voorzitter en SBF-bestuurslid Jan Jaap de Graeff over het Validatiestelsel, waarin hij uitspraken doet over de Kennisbank Filantropie? Klik hier.
Validatie & Toezicht