Eind oktober vond het door de Goldschmeding Foundation georganiseerde symposium ‘De Circulaire Economie Werkt!’ plaats. Wie dat online event gemist heeft, kan het hier nog eens rustig kunt terugkijken of het met een collega delen.
» Klik hier voor de opname van het symposium
Daarnaast kunt u nu ook de filmpjes die zijn vertoond over enkele projecten van de Goldschmeding Foundation terugkijken:
» Over het programma Circulaire Economie van de Goldschmeding Foundation
» Circle Economy en de Circular Jobs Initiative
» Circular@Scale (PoweredbyMeaning & ScaleUpNation)
» Circular Skills VMBO & HBO (Leren voor Morgen
» Competenties Circulaire Economie (Sustainability University)
» Circulair & Inclusief Ondernemen (MvO Nederland & Universiteit Utrecht)
Vragen uit het publiek
Tijdens het symposium zijn er veel vragen gesteld door kijkers. Helaas was er onvoldoende tijd om alle vragen te beantwoorden. Daarom deelt Goldschmeding Foundation een aantal interessante vragen uit de chat én de antwoorden.
Vraag 1: Is het zo dat er minder spullen worden gemaakt? Is het niet zo dat we juist de spullen maken (zelfde hoeveelheid) alleen met secundaire grondstoffen?
Inderdaad zullen we in de transitie een tijd lang dezelfde hoeveelheid spullen maken, hopelijk met minder of zelfs geen primaire grondstoffen. Als we de principes van de circulaire economie volgen zullen we ook anders gaan ontwerpen en spullen maken die langer mee zullen gaan, of modulair zijn en opnieuw kunnen worden verwerkt. Het arbeidspotentieel wordt dan hoger, maar de hoeveelheid spullen en/of grondstoffen zal dalen.
Vraag 2: Waarin verschilt een duurzaamheidsprofessional van een (traditionele) kwaliteitsmanager?
De kwaliteitsmanager werd vaak ook verantwoordelijk voor milieugerelateerde zaken. Vervolgens is ook de duurzaamheidsprofessional ontstaan, waarbij er wel verschillen zijn in verantwoordelijkheden. Een duurzaamheidsprofessional heeft, afhankelijk van het bedrijf en de persoon, mogelijkerwijs een iets bredere en strategische taak, om circulaire economie, inclusieve modellen en energietransitie aan te jagen.
Vraag 3: Naast beroepsonderwijs liggen er over de hele linie kansen, ook in hoger en WO onderwijs, waar nog lineaire economische modellen onderwezen worden. Welke waarderingsmodellen zijn bijvoorbeeld nodig voor de circulaire economie?
Inderdaad, de waardering van non-financiële waarde behoort bij een nieuw economische paradigma en wordt in toenemende mate onderdeel van het onderwijssysteem. De Coöperatie Leren voor Morgen werkt met veel verschillende onderwijsinstellingen om die integrale en brede aanpak verder te krijgen.
Vermogensfondsen