Samenwerking van goede doelen verder professionaliseren
Wat we op 2 maart samen constateerden met de leden van Goede Doelen Nederland is dat de meeste goede doelen (zeer) veel ervaring hebben met samenwerking. Tegelijkertijd blijkt dat de kwaliteit van de samenwerkingen wisselend is. En een gemeenschappelijke visie op de manier waarop organisaties willen samenwerken ontbreekt bij bijna alle organisaties. De middag leidde tot de conclusie dat de sector verder aan de slag moet met dit onderwerp. Enkele ideeën die werden besproken waren:
1. Het opzetten van een kennishub voor het verder ontwikkelen van samenwerkingsvaardigheden.
2. Een denktank waarin wordt nagedacht over verdere samenwerking in de sector.
3. Een mapping maken waarin scenario’s worden geschetst op welke manier leden meer of beter met elkaar kunnen samenwerken (thema, SDG’s, doelgroepen, etc.).
4. Opleidingen op het gebied van samenwerking toegankelijk maken via het opleidingsaanbod van Goede Doelen Nederland.
5. Het faciliteren van intervisie tussen leden onderling.
Samenwerking als oplossing voor de coronacrisis?
Anderhalve maand later ziet de wereld er compleet anders uit. Vorige week opperde professor dr. Theo Schuyt, hoogleraar Filantropische Studies, om een Corona-coalitie te starten. En de Maatschappelijke Alliantie pleit voor een Noodfonds Alliantie voor initiatieven die tussen wal en schip vallen. Zoals ik mijn vorige column schetste is de eerste oplossing in de filantropische sector vaak het opzetten van een (multi-stakeholder) samenwerking, alliantie, of coalitie. Als AlliantiePartner zou je verwachten dat ik het daar hardgrondig mee eens ben. Maar is samenwerking in alle gevallen de oplossing? Ik geloof er heilig in dat als je de keuze maakt voor samenwerking als oplossing, je er ook voor zorgt dat de samenwerking een goede kwaliteit heeft.
In de zorg heeft men in de beginfase van de coronacrisis bijvoorbeeld ervaren dat een gebrek aan centrale regie ontbrak. In tijden van crisis is duidelijk en snel keuzes maken essentieel. Bij samenwerking is het juist de kunst om te vertragen en de belangen van alle partijen te verbinden met als doel synergie. Pas daarna kun je met elkaar versnellen en op termijn keert de (maatschappelijke) winst van de samenwerking zich uit. Het risico bestaat dat een overkill aan samenwerking juist leidt tot inefficiëntie. Je kunt beter de taken verdelen, actie ondernemen en het resultaat daarna bij elkaar brengen. Ook dat vereist natuurlijk coördinatie en afstemming. Het heeft geen zin om allemaal dezelfde dingen te gaan doen. Een belangrijke voorwaarde is dat er een centraal mechanisme of partij is (of komt) aan wie de andere partijen de centrale regie willen geven. Samenwerken betekent nu eenmaal dat je bereid bent om een deel van je autonomie op te geven.
Crisis versterkt zowel samenwerkingsbereidheid als samenwerkingsreflexen
Wat mij ook is opgevallen is dat de crisis de verschillen tussen organisaties overstijgt. Iedereen kan getroffen worden door ziekte of economische tegenslag. De eerste onderzoeken wijzen uit dat dit op de korte termijn in ieder geval leidt tot een grotere solidariteit en bereidheid om elkaar te helpen.
Tegelijkertijd zijn er grote verschillen in de manier waarop mensen reageren op de gevolgen van de crisis. Het lijkt wel alsof de crisis bestaande reflexen uitvergroot. Het bekendste voorbeeld daarvan is de manier mijn naamgenoot namens Nederland vasthoudt aan de ‘typisch Nederlandse’ begrotingsdiscipline.
Bij samenwerkende organisaties met een grote identiteits-afstand zal dit extra gaan schuren. Als er normaal al grote verschillen waren tussen samenwerkende partners, bijvoorbeeld tussen een organisatiecultuur gericht op flexibiliteit versus structuur, en de ene partner valt nog meer terug op structuur en de andere op flexibiliteit, blijft de samenwerking dan overeind?
Ik ben benieuwd welke van deze twee tegengestelde ontwikkelingen de overhand krijgt. Normaal slaagt een beperkt aandeel samenwerkingen, zal dit percentage nu stijgen of dalen? Ik vrees dat veel oproepen tot samenwerking in combinatie met beperkte aandacht voor de kwaliteit zal leiden tot het tweede, maar ik hoop natuurlijk op het eerste. Tegelijkertijd is deze tijd ook een enorme leerschool voor organisaties omdat ze gedwongen worden om beter samen te werken. Waarbij ‘de besten in de klas’ de grootste kans hebben om deze crisis te overleven.
Hulplijn bij samenwerken
De focus die we nu als samenleving en als sector op actie moeten leggen vraagt ook van onszelf een andere aanpak. Een van de manieren waarop ik goede doelen en filantropische organisaties in deze tijd op een pragmatische manier wil helpen is met de kosteloze hulplijn voor samenwerkingsvraagstukken die AlliantiePartners heeft opgericht (in ieder geval tot het moment dat de kabinetsmaatregelen worden opgeheven). De huidige tijdsgeest vraagt namelijk om actie. Tegelijkertijd wordt er daarmee enorm veel gevraagd als het gaat om effectief samenwerken.
Dat beperkt zich niet tot goede doelen of filantropische organisaties. Ook Erasmus MC en KLM werken samen om mondkapjes naar Nederland te halen. Waarbij KLM haar netwerk in China inzet om de mondkapjes te verkrijgen en naar Nederland te halen en Erasmus MC de distributie binnen Nederland coördineert. Zo zijn er honderden zo niet duizenden voorbeelden van nieuwe samenwerkingen die nodig zijn bij het voorkomen van de verspreiding van het virus, het verzachten van het ergste leed en het beperken van de economische schade. De nieuwe werkelijkheid en de anderhalve-meter-samenleving vormen we samen met elkaar en daarbij moeten we rekening houden met elkaar.
Zodra de acute fase van deze crisis voorbij is ondernemen we – op basis van de input die we op 2 maart hebben verzameld – verdere stappen om de sector nog alliantievaardiger te maken. Tegelijkertijd beraden AlliantiePartners en Goede Doelen Nederland zich (samen met de deelnemers aan de dag en andere stakeholders) in de komende periode over de manier waarop dat het beste kan gebeuren. Daarover lees je vast meer in latere columns.
Tot slot wil ik iedereen heel veel succes wensen met de opgave die ons te wachten staat de komende periode. Ik hoop dat er geen talent onbenut blijft en dat we elkaar weten te vinden en versterken.
Met elkaar, voor elkaar!
Auteur Jorrit Hoekstra is sinds kort verbonden aan De Dikke Blauwe als ‘Alliantie-Expert’. Hij is als associate verbonden aan AlliantiePartners en helpt organisaties bij het professionaliseren van samenwerkingscompetenties. AlliantiePartners heeft als ambitie om Nederland alliantievaardiger te maken en biedt een toolbox waarmee organisaties bewuster om kunnen gaan met het opstarten en managen van samenwerkingsrelaties. Met aandacht voor het hoofd en het hart.