Reputatie-reparatie? NS sponsort Holocaust Museum

Reputatie-reparatie? NS sponsort Holocaust Museum
Reputatie-reparatie? NS sponsort Holocaust Museum
10 april 2018

Ik moest toch even slikken toen ik het las: uitgerekend de Nederlandse Spoorwegen worden ‘partner’ van het Nationaal Holocaust Museum. Dit nieuwe museum krijgt een locatie binnen het Joods Cultureel Kwartier in Amsterdam. 
De NS… het staatsbedrijf dat tijdens de Tweede Wereldoorlog in opdracht van de bezettende nazi’s vele extra treinen inzette voor deportaties van joden, Roma, Sinti, krijgsgevangenen en dwangarbeiders. Het persbericht van NS spreekt van ‘een blijvende zwarte bladzijde in de geschiedenis van de spoorwegen’. President-directeur Roger van Boxtel windt er geen doekjes om: ‘Sommige spoorbeambten toonden moed, het merendeel niet.’ Reden waarom NS ook samenwerkt met Herinneringscentrum Westerbork, Nationaal Fonds 4 en 5 mei, het Nederlands Auschwitz Comité, Stichting Sobibor en het Spoorwegmuseum.
Directeur Emiel Schrijver van het Joods Cultureel Kwartier legt het partnerschap zo uit: het nieuwe museum zal ook aandacht geven aan ‘de rol van de overheid en van staatsbedrijven’ bij de holocaust. ‘De verwerking van en de omgang met de oorlogsgeschiedenis van NS is een belangrijk onderdeel van dat deel van onze toekomstige permanente tentoonstelling.’  
Naast een financiële bijdrage worden namelijk ook archiefmateriaal, historische voorwerpen en ‘bij NS bekende verhalen van medewerkers en slachtoffers’ beschikbaar gesteld aan het Holocaust Museum. 
Tja… het klinkt allemaal beredeneerd en verantwoord. NS bekent - opnieuw - schuld en verhult niet dat de soepele medewerking van zijn personeel vele doden tot gevolg heeft gehad. 
En ja, het einde van de oorlog ligt alweer bijna 75 jaar achter ons en de generatie die de oorlog bewust meemaakte, is aan het verdwijnen.
Toch wringt er iets. Toch is mijn eerste gedachte: is dit niet gedeeltelijk een witwasactie? Een geval van reputatie-reparatie? Waarop dan meteen de wedervraag volgt: is dat erg? 
Wat is belangrijker: helemaal zuivere intenties, of het effect van het partnerschap, namelijk bijdragen aan een interessant museum? Is het misschien zelfs goed dat deze twee partijen nu eindelijk samenwerken? 
Eén bezwaar blijft staan: het had wel iets bescheidener gemogen.
Hier past geen marketing-machine, geen persbericht en geen persconferentie.
Hier past deemoedig goed doen in stilte, na heel veel kwaad te hebben gedaan.
 
Er schoot mij een interview te binnen dat ik ruim tien jaar geleden had met de vorige directeur van het Joods Historisch Museum, Joel Cahen. Hij vertelde mij toen dat bedrijven zich liever niet associëren met politiek gevoelige sponsordoelen. Cahen zei letterlijk: ‘Shell heeft dat ook letterlijk tegen mij gezegd: “wij houden ons verre van zowel joden als Arabieren”.’ 
Kortom, de oliebelangen van het concern in het Midden-Oosten mogen niet in gevaar komen.
In dit licht is het dapper dat de NS zich wél bewust associeert met de deportaties en de holocaust.
Shell daarentegen worstelt meer dan ooit met zijn neutraliteit in een politiek mijnenveld. En ontmoet daarbij steeds meer politieke en publieke tegenwind. Het concern is voor vijftig procent eigenaar van de NAM, die zijn aardoliewinning in Groningen nu versneld moet afbouwen en eindelijk schade moet vergoeden aan gedupeerde bewoners. En Milieudefensie start een rechtszaak tegen Shell - net als de stad New York - omdat het ‘bewust vervuiling’ dus klimaatschade veroorzaakt en zo ‘handelt in strijd met het maatschappelijk belang’.  
Wat zal het Joods Historisch Museum nu blij zijn dat het Shell niet als sponsor heeft.
Want reputatieschade heeft de eigenschap om zich te verspreiden als… een olievlek.
 

Meer lezen over hoe om te gaan met reputatieschade? Lees het eerste nummer van The Fundraiser.