FM publiceert vandaag een aantal passages uit het autobiografische zelfhulpboek “Wat is jouw excuus?” van Esther Jacobs, dat vanaf 8 oktober in de winkels ligt. Hoewel bedoeld als een raamvertelling over Jacobs’ queeste naar zelfontplooiing, is het meer dan 300 pagina’s dikke boek vooral een minutieus verslag van tien jaar ervaringen met de goede doelenwereld. Het belang van deze publicatie en de persoon Jacobs voor onze sector wil ik niet overschatten, maar zeker ook niet onderschatten. Bijna een decennium lang heeft Jacobs als luis in de goede doelenpels menig bestuurder de stuipen op het lijf gejaagd. Door de gevestigde orde werd zij aanvankelijk als “meisje” weggezet en ronduit gekleineerd, totdat haar invloed te groot werd om te negeren. De tactiek werd gewijzigd in een veelvuldig prijzen, vooral in de richting van het graf. Daarin is Jacobs met haar Donateursvereniging uiteindelijk ook getuimeld, volgens velen mede door de haar toegedichte wethouder Hekking-achtige geldingsdrang. De kernvraag is: wat is inhoudelijk haar erfenis? Ik zou zeggen tweeledig: niet alleen heeft zij onmiskenbaar gefungeerd als versneller en aanjager van het transparantiebewustzijn, maar ook heeft zij de goede doelen gedwongen om meer en beter door de ogen van hun werkelijke aandeelhouders - de donateurs - te kijken. Deze pioniersrol kan haar niet ontzegd worden. Of haar “memoires” zullen bijdragen aan de positieve beeldvorming in retrospectief, waag ik te bewtijfelen. Daarvoor is haar boek de facto een te harde en op de man gespeelde afrekening geworden. Jacobs heeft de controverse ook nu weer aan haar kont hangen.
PS: Direct de voorpublicatie van Esther Jacobs’ boek lezen? Klik hier.