Om als organisatie te kunnen functioneren in dergelijke samenwerkingen en netwerken met een grote diversiteit aan partners zijn vijf specifieke competenties nodig:
1. Je willen verbeteren als samenwerkingspartner
“Goed samenwerken is niet competitief, jij kunt je partners helpen om te verbeteren en je partners kunnen jou helpen”
|
Ben Tichelaar citeerde dit weekend in zijn NRC-column over diversiteit Carol Dweck. Zij maakt het onderscheid tussen een fixed en een growth mindset. Het kunnen omgaan met diversiteit hangt nauw samen met de mindset waarmee je aankijkt tegen je samenwerkingen. Geloof je dat organisaties statisch en onveranderlijk zijn? Of ga je ervanuit dat ze continue veranderen en in staat om zich aan elkaar aan te passen? Vanuit dit tweede perspectief is het een stuk makkelijker om te investeren in jezelf en je te verbeteren als samenwerkingspartner omdat je verwacht dat je samenwerkingspartners ook in staat zijn tot leren en verbeteren.
2. Open zijn over belangen
“Een belang zegt iets over wat je wilt hebben.”
|
3. Waardengedreven kunnen samenwerken
“Een waarde zegt iets over wat je wilt zijn”
|
4. Je willen verdiepen in de intrinsieke motivatie van de ander
“Juist als de samenwerking vanuit verplichting voortkomt is het juist de kunst om van daaruit te zoeken naar een intrinsieke motivatie om samen te willen werken.”
|
Er zijn in het leven veel plekken waar samenwerking als een verplichting kan voelen. Op school en op de universiteit werken jongeren in wisselende groepjes samen en daar ervaren ze al hoe moeilijk samenwerking soms kan zijn. Je collega’s en je buren kies je ook niet altijd zelf uit. En soms is het met samenwerking tussen organisaties net zo. Je partners in een keten of partners waarmee je financiering of een subsidie hebt gekregen heb je niet altijd voor het uitkiezen. Juist als de samenwerking vanuit een of andere vorm van verplichting voortkomt is het juist de kunst om vandaaruit te zoeken naar een intrinsieke motivatie om samen te willen werken. Er is altijd iets dat je partner beter kan of anders doet dan jij en juist daar zit mogelijk de synergie. Dit hoeft niet altijd te leiden tot efficiency of direct resultaat. Samenwerking kan ook leiden tot een nieuw inzicht of het leren van, of over, een ander. Het effect daarvan betaalt zich misschien pas veel later uit.
5. Opzoeken van het productieve conflict
“Het positieve conflict leidt tot meer inzicht in wat de ander ten diepte drijft.”
|
Ondanks, of misschien juist wel door het kennen van de belangen, waarden en motivaties van “de ander”, je samenwerkingspartners, zal er sprake zijn van conflict. Het slechte conflict voelt aan als “het gedoe” maar “het goede” conflict kan leiden tot vernieuwing en verbetering. Zonder conflict is er vaak sprake van stilstand. Maar wat is dan het goede conflict? Het negatieve conflict leidt tot boosheid en het verdwijnen van respect en het vermogen om je in te leven in de ander. Het positieve conflict leidt tot meer inzicht in wat de ander ten diepte drijft. En met dit inzicht zijn partijen beter in staat om elkaar te kennen en rekening te houden met elkaar.
Vanuit AlliantiePartners geloven we dat geen enkele organisatie het alleen red. Dit komt door de complexiteit van de samenleving. Een van de oorzaken van deze complexiteit is de globalisering en de toegenomen diversiteit die mede het gevolg is van het verdwijnen van fysieke grenzen. Aandacht voor hoe je omgaat met de rol van sociale identiteit in allianties en de manier waarop conflictmanagement daar een rol in speelt is onderwerp van de samenwerking die AlliantiePartners met de Rijksuniversiteit onderhoudt. Meer leren over diversiteit in allianties? Kom dan naar onze gratis bijeenkomst op 26 november!
*Auteur Jorrit Hoekstra is verbonden aan De Dikke Blauwe als ‘Alliantie-Expert’. Hij is associate van AlliantiePartners en helpt organisaties bij het professionaliseren van samenwerkingscompetenties.
►Meer artikelen van Jorrit lezen? Ga naar zijn eigen Select-pagina op deze website: klik hier