Online gokken: winnaars en verliezers in kamerdebat

28 juni 2016
Nieuws | | Loterijen

Het ziet ernaar uit dat er een Kamermeerderheid is voor legalisering van online gokken, maar wel onder voorwaarde dat zo'n €10 miljoen terugvloeit naar de sport. Doordat de online gokbedrijven straks alleen 29 procent kansspelbelasting gaan betalen en geen afdracht verplicht zijn aan goede doelen, vrezen de huidige goede doelenloterijen voor een maatschappelijke schade die kan oplopen tot €150 miljoen minder inkomsten voor goede doelen per jaar.
 
Donderdag 23 juni vond het eerste plenaire debat plaats in de Tweede Kamer over de modernisering van de uit 1964 stammende Wet op de kansspelen (WOK). Het ministerie van V&J heeft bijna vier jaar lang met dit weerbarstige dossier geworsteld. De nieuwe wet moet het onder andere mogelijk maken dat Nederlanders legaal kunnen gokken op sportwedstrijden, pokeren, bingoën en naar een virtueel casino gaan. Bijna een miljoen mensen zouden daarvoor naar buitenlandse sites gaan. Illegaal dus.
 
Kansspelbelasting
Vooral de huidige goede doelenloterijen hebben zich, samen met hun beneficianten, fel verzet tegen openstelling van het huidige restrictieve systeem. Zij vrezen voor oneerlijke concurrentie doordat online gokken met 'directe uitbetaling' ten koste gaat van bestedingen aan goede doelenloterijen. Deze zijn verplicht de helft van hun inkomsten door te zetten naar hun maatschappelijke beneficianten, maar dat geldt vooralsnog niet voor de nieuwe online aanbieders. Die hoeven slechts 29 procent kansspelbelasting af te dragen (zeer tot hun ongenoegen, want het was aanvankelijk 20 procent). De goede doelenloterijen argumenteren dat zij niet alleen een verplichte afdracht hebben, maar ook nog eens de 29 procent kansspelbelasting betalen. Dit zou betekenen dat van elke ingelegde euro 54 cent toekomt aan de samenleving bij een inleg van ruim €1,5 miljard (2015). Volgens de goede doelenloterijen betekent dit rekensommetje dat de online gokbedrijven slechts 1,45 procent van hun inleg aan de samenleving moeten overmaken in de vorm van belasting.
 
Afdracht aan sportsector
In het debat van donderdagavond ging het echter nauwelijks over deze afdrachten, maar vooral over de voorwaarden voor toelating rond het thema van de gokverslaving. Ook was de jurisdictie en slagkracht van toezichthouder Ksa nadrukkelijk onderwerp van gesprek. VVD en PvdA willen dat de online gokbedrijven, die zich voor een groot deel op sport richten, ook afdragen aan die sector. Er is sprake van een bedrag tussen €8 en €10 miljoen. Dat geld moet komen uit de verhoging van de kansspelbelasting van 20 naar 29 procent. Ook moeten de online gokbedrijven geld storten in een pot voor de bestrijding van gokverslaving.
 
Kansspelverslaving
Het huidige wetsvoorstel zet vooral in op het voorkomen van kansspelverslaving, het beschermen van de consument en het tegengaan van illegaliteit en criminaliteit. De PVV is op hoofdlijnen positief. Maar CDA, ChristenUnie en SGP zijn niet overtuigd: gokverslaving zal door legalisering van het internetaanbod eerder toe- dan afnemen. D66 en SP zetten vraagtekens bij de privacywaarborgen voor spelers.
 
Sponsoring
De KNVB verzet zich tegen een voorstel van het CDA om gokaanbieders te verbieden sporters en sportclubs te sponsoren. 'Zo'n verbod is niet de oplossing, maar een vorm van symptoombestrijding', zegt directeur Gijs de Jong van de nationale voetbalbond. 'In Europa lopen we op het onderwerp kansspelen zo'n vijftien jaar achter. Nergens binnen Europa is een dergelijk verbod op sportsponsoring van kracht.'
 
Maar de grootste verrassing tijdens het Kamerdebat kwam van de PvdA bij monde van Mei Li Vos. Zij stelde: 'In de visie van de PvdA hebben mensen de vrijheid om te drinken, te gokken en te roken, maar de staat mag en moet wijzen op de gevaren en er ook voor zorgen dat mensen die in de problemen komen, worden geholpen. Dit moet worden betaald van het geld van bedrijven die de problemen veroorzaken.'

Denemarken
De goede doelenloterijen hebben er bij herhaling op gewezen dat de nieuwe wet 'maatschappelijke schade' gaat opleveren. Daarbij verwijzen ze naar de situatie in Denemarken, waar liberalisering volgens hen een daling aan inkomsten voor goede doelen laat zien. Omgerekend naar de Nederlandse situatie zou er €150 miljoen minder beschikbaar zijn voor de beneficianten. Een scenario zoals dat zich in Denemarken heeft voltrokken, hoeft in Nederland echter niet gevreesd te worden, aldus directeur Morten Rønde van de Danish Online Gambling Association, die ontkende dat de goede doelenafdracht van de Deense loterij met twintig procent zou zijn gedaald. Tussen 2012 en 2014 zou het gaan om een daling van hooguit zes procent.

'Verslaving essentieel punt'
Tatiana van Lier reageert namens de Goede Doelenloterijen desgevraagd als volgt op het kamerdebat: 'Het is goed dat er straks regelgeving en strikt toezicht komt op online kansspelen. Door meerdere partijen werd in het debat aangehaald hoe belangrijk het is consumenten te beschermen tegen verslaving als de online kansspelmarkt straks gereguleerd wordt. Dat is een essentieel punt, wij vinden het daarbij belangrijk dat er een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen verslavende short odds kansspelen en veilige niet-risicovolle long odds kansspelen zoals loterijen. We vinden het tot slot goed dat het kabinet gaat onderzoeken wat de verruiming van de online kansspelmarkt voor effecten heeft op de opbrengsten voor goede doelen. Online kansspelen kunnen vanwege hun hoge prijzenpotten (tot 95 procent van de inleg) niet (substantieel) geld ophalen voor goede doelen, zoals non-profitloterijen zoals de onze dat wel doen (50 procent van de inleg gaat naar goede doelen).'
 
Omvang gokmarkt
Het is intussen duidelijk dat de huidige vergunninghouders ook plannen voor online gokken hebben klaarliggen om in de toekomstige concurrentieslag bij te blijven. Hoe de plannen eruitzien en wanneer de goede doelenloterijen deze gaan lanceren, is nog onbekend. Er circuleren diverse prognoses over de omvang van de Nederlandse online gokmarkt in het eerste jaar na openstelling. De meest gehoorde: €178 miljoen en daarna een jaarlijkse groei van zo'n kleine 20 procent tot €344 miljoen in 2021. Online sportweddenschappen zorgen voor de meeste geldstromen.
 
In een tweede debat zal staatssecretaris V&J Klaas Dijkhoff antwoord geven op Kamervragen en het wetsvoorstel verder toelichten. Als de wet wordt aangenomen door de Tweede Kamer - en daarvoor tekent zich onder de hiervoor genoemde voorwaarden een meerderheid af - moet het nog door de Eerste Kamer. In het snelste scenario kan de online gokmarkt vanaf 2017 opengesteld worden.
 
 
Quotes uit het kamerdebat:
 
Van Wijngaarden (VVD):
Als het aan de VVD ligt, gaat dit debat over de vraag of wij mensen zelf de vrije keuze willen geven om wel of niet te gokken. Daarom willen we de meeropbrengsten van het uniforme kansspeltarief investeren in de Nederlandse sportambities op het gebied van breedte- en topsport. Conservatieve schattingen van het ministerie van Financiën geven aan dat het uniforme tarief van 29 procent 8 miljoen euro per jaar oplevert. Dit loopt mettertijd verder op.
 
De loterijen horen bij Nederland. De Staatsloterij is zelfs opgericht door Koning Willem I, als ik me niet vergis. Wat mooi is, kan soms ook nog mooier worden. Ondanks het feit dat bijvoorbeeld de Nationale Postcode Loterij qua giften aan goede doelen vlak achter de Bill & Melinda Gates Foundation staat, zijn er toch ook goede doelen die buiten de boot vallen. Denk aan de KNGF van de blindengeleidehonden, et cetera. Tegenover de goede doelen die jaarlijks in de prijzen vallen, staan er vele tientallen zo niet honderden die dat niet doen. Als er ruimte is om ons mooie stelsel verder uit te bouwen, moeten we die ook benutten.
 
Schouten (ChristenUnie):
Dit wetsvoorstel is een gok. Het is de gok dat mensen naadloos zullen overstappen van de illegale naar de legale gokmarkt. Het is de gok dat de gokmarkt niet zal groeien als gevolg van legalisering. Het is de gok dat het illegale aanbod vanzelf zal verdwijnen. Het is de gok dat het aantal mensen dat verslaafd raakt aan gokken, zal dalen als we het aanbod reguleren. Er staan vanavond grote belangen op het spel. Grote buitenlandse gokondernemingen, televisiestudio's en mediaconcerns zitten vanavond op het puntje van hun stoel. Ze zijn in afwachting van het opengooien van de Nederlandse gokmarkt
De grote vraag is vandaag dan ook niet: hoe kunnen we de belastingpot spekken met gokinkomsten? De vraag is ook niet: hoe kunnen we bedrijven winst laten maken of sportclubs en goede doelen geld bezorgen? De vraag voor de ChristenUnie is: hoe voorkomen we gokverslaving en helpt deze wet daarbij? Laat ik maar meteen zeggen dat ik daar twijfels over heb. Ik sta daar niet alleen in. Onder meer GGZ Nederland, AGOG, het IVO, Tactus en een heleboel andere organisaties op het gebied van verslavingszorg zien grote risico's.
 
Wat ons betreft, zou deze hele gokwet sowieso niet tot stand zijn gekomen. Wij moeten gokken tegengaan. Daar ben ik vrij duidelijk in. Als ik ervoor kan zorgen dat het ingewikkelder wordt om te gaan gokken, dan zal ik dat proberen.
 
Bisschop (SGP):
De tweede observatie is dat er sprake is van een dubbele houding bij de overheid. Eerst zegt zij dat het eigenlijk niet zo goed is — niet voor niets is het terugdringen van verslaving een van de doelstellingen van het kansspelbeleid — maar vervolgens staat zij extra aanbod toe om daarmee te voorkomen dat er illegaal aanbod in stand blijft. Dat trucje is al vaker uitgehaald, ook bij de kansspelen.
 
Tot slot ga ik nog in op het idee van de VVD en de PvdA om een deel van de opbrengsten uit gokken door te sluizen naar de sport. De SGP vindt dat wij geen belastingen moeten heffen als een doorgeefluik om bepaalde doelen te dienen. Als je meer subsidie voor sport wilt, dan moet je die rechtstreeks regelen bij de behandeling van de begroting, maar niet met de leus ‘steun de sport, waag een gok’ extra geld voor de sport genereren. Feitelijk is dat wat de VVD en de PvdA willen.
 

Van Toorenburg (CDA):
Voorzitter. Een paar jaar geleden sprak ik ten aanzien van de kansspelwetgeving uit: modernisering oké, liberalisering no way! Dat heb ik toen gezegd, maar alles wat daarna gebeurde, heb ik eigenlijk langs diezelfde meetlat gehouden.
Als ik naar het wetsvoorstel kijk, hebben wij nog enkele grote kritische kanttekeningen. Het lijkt erop dat het meer liberalisering is dan een beetje modernisering.
Voorzitter. We gaan naar de afdrachten aan de goede doelen. Daar hebben verschillende sprekers het al over gehad. Volgens de staatssecretaris zou er eigenlijk geen substitutie plaatsvinden. Er zou niets weggaan bij de goede doelen doordat er een onlinemarkt komt. In bijvoorbeeld Denemarken hebben we echter gezien dat dit wel aan de orde is geweest. De regering zegt natuurlijk — dat doet ze ook ten aanzien van het verslavingsonderzoek — dat het allemaal niet deugt, omdat het ze niet uitkomt. Toch blijkt heel duidelijk dat het gewoon is gebeurd in Denemarken. De regering zegt: mocht er onverhoopt wel sprake zijn van enige substitutie, dan zal worden bezien of het afdrachtspercentage aan de sport en aan goede doelen verplicht kan worden gesteld. Ik vraag mij af of daar dan een garantie op gaat komen. Ik begrijp dat daarover een aantal amendementen is ingediend.
 
Kooiman (SP):
Het moge duidelijk zijn dat de SP het niet eens is met het idee om nu de onlinegokmarkt open te gooien. Dit geldt zeker als je ziet dat er de afgelopen jaren niet of nauwelijks is gehandhaafd. Dat betekent niet dat wij niet naar de wet hebben gekeken en zijn nagegaan hoe wij verbeteringen kunnen doorvoeren.
Ik heb in de brief van de staatssecretaris gelezen dat hij op korte termijn nieuwe beleidsregels zal vaststellen voor goede doelenloterijen. Zoals de woordvoerder van D66 al zei, zien wij beleidsregels niet altijd. Is de staatssecretaris bereid om deze beleidsregels wel naar de Kamer te sturen? Ik ben daar namelijk erg nieuwsgierig naar.


Mei Li Vos (PvdA)
Reguleren is wat de PvdA betreft dus het kernwoord bij de behandeling van de Wet kansspelen op afstand, en niet liberaliseren. We gaan ook niet mee met het rare idee dat het moet van Europa omdat het goed is voor de Europese markt. De Europese markt gaat over het welzijn en het welbevinden van mensen en niet over het vrijgeven van een industrie waar je zo je vraagtekens bij kunt zetten. Wat de PvdA betreft, hoort de gokmarkt niet bij die ene Europese markt en worden we er ook niet welvarender van.
Mijn grote zorg zit in de uitspraken van de directeur van de Ksa, onlangs op een congres over gokken. Die directeur zei dat strikte handhaving niet opweegt tegen de negatieve gevolgen van een hoger belastingtarief; mijn amendement. Met andere woorden, het hogere belastingtarief — daar ga ik straks op in — vindt deze directeur te hoog. Zij gaat daarin mee met de goklobby, die het tarief te hoog vindt en dreigt illegaal te blijven opereren als wij de tarieven niet verlagen; het is zojuist al gememoreerd. Zij vindt het niet duurzaam om veel inspanningen op het gebied van de handhaving te plegen. Een handhaver die niet wil handhaven is een tandeloze tijger.
 
 
3/3