De scriptie van Van ‘t Veer behandelt de betrokkenheid van Nederlandse vermogende individuen bij filantropie. Hiervoor wordt de term ‘major donors’ aangehouden. Non-profitorganisaties gebruiken deze term om donors aan te duiden die de grootste giften geven. Het juryrapport zegt daarover: ‘Het onderzoek is gericht op de beweegredenen van major donors om te doneren, in het bijzonder de major donors die zelf een fonds hebben opgericht. Heel belangrijk voor de sector filantropie, en daarmee voor de NAP.’
Bijbaan bij Erasmus Trustfonds
Het idee voor een scriptie over major donors kreeg Lieke van ’t Veer als student tijdens haar bijbaan bij het Erasmus Trustfonds. Zij werkte daar als onderzoeksassistent en verrichtte prospectonderzoek. “Ik kwam toen onder meer verhalen tegen over ontwikkelingen in de filantropie en over personen die actief zijn op filantropisch vlak. Dat vond ik heel interessant. Als iemand het geld heeft om te doneren, hoe geeft hij of zij dat dan vorm? Waarom gaan sommige mensen groot of strategisch te werk en houden sommigen het juist klein en geeft een aantal met name op basis van een goed gevoel?”Er is nog nauwelijks onderzoek gedaan naar major donors. Het onderzoek van Van ’t Veer is dan ook exploratief. Zij had vooraf niet uitgebreide veronderstellingen geformuleerd. “Ik had veel gelezen over de opkomst van strategische en ‘entrepreneurial’ philanthropy. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar ondernemers in filantropie omdat zij vaak bedrijfsmatig te werk gaan bij giften. En er is het inzicht dat grote gevers vaak graag controle houden over hun giften. In mijn onderzoek stonden de ervaringen van filantropen centraal. Ik wilde graag antwoord op de vragen: Waarom geven major donors, hoe geven ze hun donorschap vorm en hoe positioneren zij zich in het filantropische veld?”
Afstudeerstage Capital Support
Van ’t Veer heeft het onderzoek naar de betrokkenheid van Nederlandse grote donoren uitgevoerd tijdens haar afstudeerstage bij Capital Support, een multi-Family en Charity Office. De organisatie begeleidt en ondersteunt cliënten op de gebieden (financiële) administratie, vermogensregie, bewind en executele, filantropie én private client services. Via het netwerk van Capital Support heeft zij veel respondenten kunnen spreken.Er werd uitgegaan van de volgende onderzoeksvraag: 'Wat zijn de filantropische modellen van vermogende Nederlandse filantropen?' Om inzicht te krijgen in deze vraag heeft Van ’t Veer gekozen voor diepte-interviews met 15 Nederlandse grote gevers. Van de donoren zijn er 13 of betrokken bij een stichting en 2 donoren geven rechtstreeks aan publieke doelen. In elk interview stonden bepaalde elementen centraal. Uiteindelijk heeft zij op basis van de uitgewerkte interviews een aantal labels (bevindingen in de data) gedestilleerd die zij in een model heeft geplaatst, waarbij van de volgende dimensies /elementen is uitgegaan: Filantropisch Gedrag, Filantropisch Proces, Strategie en Perceptie van Filantropie. “De interviews waren veel werk. Ik had veel uiteenlopende respondenten. Soms duurde een interview twee uur, soms 75 minuten.”
Vier donortypes
Lieke van ’t Veer heeft op basis van haar model vier belangrijke donortypes geïdentificeerd: Dynasts, Visionaries, Investors en Patrons. Dynasts streven er vaak naar om van geven een familietraditie te maken en gaan lange termijn relaties aan.Visionaries zijn zeer betrokken, omdat het draait om persoonlijk belang. Ook hebben zij een professionele groeivisie. Investors tonen een kritische houding tegenover filantropie. Ze zijn op zoek naar effectiviteit, maar projecten moeten hen ook persoonlijk interesseren. Voor Patrons is een persoonlijke link met een non-profit organisatie en contact met het personeel belangrijk. Is daar sprake van, dan zijn zij geneigd om zich voor langere tijd te binden aan non-profitorganisaties.
Daarnaast kwam uit Van ’t Veers onderzoek naar voren dat er ook overeenkomsten zijn tussen major donors. Zij raakten geïnteresseerd in filantropie wanneer zij de financiële middelen en benodigde tijd hadden. Bovendien vonden respondenten het een uitdaging om projecten te vinden die een maatschappelijke impact realiseerden, maar waarmee ze ook een persoonlijke band hadden. Alle deelnemers noemden ook dat doneren hen een goed gevoel geeft.
Na haar afstuderen in augustus 2018 is Lieke van ’t Veer aan de slag gegaan bij Capital Support als accountmanager Charity Office. Per 1 maart is zij werkzaam bij ABN Amro Filantropie Advies. Op dit moment krijgt ze vanuit haar netwerk regelmatig aanvragen om een presentatie over haar scriptie te houden. Dat heeft zij onder andere al gedaan bij Nationale Nederlanden en Unicef. Verder redigeert zij haar scriptie voor publicatie.
Over de NAP Thesis Award
De NAP Thesis Award is een initiatief van de Netherlands Academy of Philanthropy (NAP), een in 2016 opgericht samenwerkingsverband van de Maatschappelijke Alliantie en wetenschappers die actief zijn op het gebied van filantropie. De prijs heeft tot doel om studenten te enthousiasmeren voor filantropie.*Op 14 maart publiceren wij het interview met de tweeede prijswinnaar: Martje Nooij.
De Dikke Blauwe/Stichting Lenthe ondersteunt de NAP Thesis Award door journalistieke aandacht voor de winnaars op haar platform.