Nederland kansrijk met sterk middenveld

By Football.ua, CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=19941345
By Football.ua, CC BY-SA 3.0, https://commons.wikimedia.org/w/index.php?curid=19941345
3 juni 2021
Opinie | | Goede doelen

'Dit is geen column van één van de 17,5 miljoen bondscoaches over de kansen van Oranje op het EK voetbal deze zomer', schrijft DDB Expert Jan van Berkel. Zijn column in dit DDB Journaal is een pleidooi om het debat over macht en tegenmacht ook buiten de Haagse kaasstolp te voeren en een regeerakkoord te schrijven dat de potentie van een sterk maatschappelijk middenveld volledig tot zijn recht doet komen.

Begin juni lijkt de (in)formatie door wat rustiger vaarwater te koersen dan een goede maand geleden. Verontwaardigd over het gewraakte ‘functie elders’ zinnetje heeft een groot deel van het Haagse Binnenhof inmiddels het Nieuw Sociaal Contract van Pieter Omtzigt omarmd als de leidende ideologie voor de verhouding tussen het komende kabinet en de Tweede Kamer.  Wij, als goede doelensector en filantropie in de breedte, mogen hopen op een herontdekking van de rol van het middenveld. Zeg de circa 350.000 verenigingen en stichtingen die Nederland telt en die in zeer uiteenlopende verhoudingen tot de overheid staan.

Bij branchevereniging Goede Doelen Nederland en de Samenwerkende Brancheorganisaties Filantropie, SBF geloven we in de kracht en impact van missie-gedreven idealisme en zelfstandigheid in de uitvoering. Daarbij passen zelf opgelegde codes en zelfregulering, als borg voor koersvastheid, transparantie, integriteit, een professionele aanpak, maar ook kritische zelfreflectie en evaluatie van resultaten en impact. Ook het onderhouden van een open dialoog met stakeholders, uiteenlopend van eigen leden, vrijwilligers en donateurs tot en met samenwerkingspartners in profit en non profit hoort daarbij.

Uit missie-gedreven idealisme en zelfstandigheid zijn in Nederland fantastische dingen ontstaan. En die ontstaan nog steeds, zoals nieuwe en bestaande burgerinitiatieven tijdens de escalatie van het coronavirus hebben laten zien. Zie voor een inspirerende opsomming: het rapport ‘De maatschappelijke waarde van meedenken, meedoen en geven’, dat Suzette de Boer in opdracht van SBF eind 2020 opstelde. Net als in voetbal heeft een sterk maatschappelijk middenveld baat bij ruimte en zo min mogelijk ingrijpen vanaf de zijlijn, door politiek of wet- en regelgeving.

Geef ons de ruimte
Die ruimte heeft een brede coalitie van maatschappelijke organisaties, onder leiding van SBF, deze week ook bepleit bij de informateur en alle fractievoorzitters. Zie: https://nederlanderswillenhelpen.nl/ Dit onder het gezag van een belangrijke passage uit de eindrapportage van Herman Tjeenk Willink:

“Erkenning en steun van de overheid aan burgerinitiatieven (de maatschappelijke democratie) zijn een blijk van vertrouwen van de overheid in haar burgers. Het sluit aan bij de Nederlandse traditie. Te vaak is een burgerinitiatief nu een ‘hordenloop’. Meer in het algemeen moet duidelijk worden wat de burger van de overheid mag verwachten (aan zorg en zeggenschap) en de overheid van de burger (aan inzet en onderlinge solidariteit): een nieuw sociaal contract en openheid over de wederzijdse verwachtingen.”

Vrijwel alle goede doelen, vermogensfondsen en kerken in Nederland zijn ontstaan uit burgerinitiatief, gedreven door inspiratie uit het signaleren van een probleem, nood of misstand, dichtbij of ver weg, het delen van een ideaal of een inspiratiebron, dan wel de zorg om iets kostbaars dat niet verloren mag gaan voor toekomstige generaties.

De maatschappelijke democratie brengt nog steeds elke dag in dit land burgers bijeen om een nieuw initiatief te starten of een lopend initiatief een nieuw impuls te geven. De drempels voor zulke initiatieven zijn laag en dat moeten ze ook blijven. Geen overheidszeggenschap in de vorm van drempelcriteria of een ‘licence to operate’. Flirten met het Angelsaksische staatstoezicht op de filantropie is de verkeerde reflex. Hernieuwde belangstelling voor het Rijnlands model nadat het neoliberalisme breed is afgewezen, biedt weer kansen voor eigen verantwoordelijkheid, een maatschappelijke agenda en oog voor kernwaarden en ook de Sustainable Development Goals, als leidraad voor missie en praktisch handelen, ook van het middenveld. Dat zal ons verder brengen dan vertrouwen op de almachtige overheid die ons allen strak in de gaten gaat houden.

Koester de zelfregulering
Pieter Omtzigt pleit voor grotere onafhankelijkheid van het maatschappelijk middenveld ten opzichte van de overheid. Innige subsidierelaties kunnen botsen met de lef om onafhankelijke feedback en kritiek te leveren. Dat is ook precies waarom het unieke Nederlandse toezicht op basis van zelfregulering gekoesterd en versterkt moet worden.

De erkenning als goed doel in Nederland, impliceert onderwerping aan extern toezicht en uitdagende vragen bij de ontwikkeling van bedrijfsvoering, transparantie en impact van het goed doen. In beheer bij het CBF en een onafhankelijke commissie normstelling, die zich in alle vrijheid laten voeden en inspireren door ontwikkelingen in de samenleving en bij de goede doelen zelf in de dialoog met hun stakeholders. Maar onafhankelijk extern toezicht op basis van zelfregulering is incompleet zonder effectief intern toezicht. Het professionele aanbod van Stichting Intern Toezicht Goede Doelen draagt daar steeds meer aan bij. Dat inmiddels meer dan 70 organisaties lid zijn van ITGD illustreert dat daar behoefte aan is. 

Elk burgerinitiatief heeft baat bij de ervaringslessen van wie hen zijn voorgegaan op het pad van goed doen. Dus sluit je aan bij een brancheorganisatie om te profiteren van de do’s en don’ts en om inbreng te leveren voor de belangenbehartiging, juist vanuit de optiek van kleine, beginnende initiatieven. Leren van elkaar is de motor van het maatschappelijk middenveld!

Kampioen?
Ik wens u een mooie zomer met een Nederlands elftal dat ons vermaakt met een soepel en creatief spelend middenveld. Maar vooral met een regeerakkoord dat ruimte biedt aan het maatschappelijk middenveld, als onmisbare verbindingsschakel in de maatschappelijke democratie. Een akkoord dat ruimte biedt aan burgerinitiatieven die problemen aanpakken waar staat noch markt raad mee weten.
Of we er kampioen mee worden weet ik niet. Wel dat Nederland het de komende jaren ver kan schoppen als de burger en diens initiatieven de ruimte blijven krijgen.

Zie: www.nederlanderswillenhelpen.nl.
 
 Meer artikelen van en over Jan van Berkel lezen: Klik hier.

Jan van Berkel (1954) is voorzitter van Goede Doelen Nederland en de Samenwerkende Branchorganisaties Filantropie (SBF). Daarnaast adviseert hij goede doelenorganisaties in en buiten Nederland over strategie, bestuur en toezicht. Tot eind 2020 werkte hij veertig jaar lang in de goede doelensector. Als zelfstandig consultant en bij diverse bureaus adviseerde hij talloze goede doelen en andere not-for-profits over strategie en positionering. Jan was in 1995 betrokken bij de oprichting van de VFI, voorloper van Goede Doelen Nederland en trad in 2013 toe tot het bestuur van de branchorganisatie, waarvan hij sinds 2016 voorzitter is. In 2019 was hij nauw betrokken bij de oprichting van de Stichting Intern Toezicht Goede Doelen (ITGD).