Nu, aan de start van mijn rol als directeur van Partos, wil ik mijn mening afstoffen en mijn stem opwarmen. Want zoals op 20 maart maar weer eens duidelijk werd in een nieuw rapport van het VN Klimaatpanel IPCC; er is genoeg werk aan de winkel om ook hier mensen aan te zetten tot actie en ze in te laten zien wat hun rol is in klimaatrechtvaardigheid. De mogelijkheden om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5 graden raken snel uit zicht.
Stampende activiste versus relaxte miljardair
‘Olieconcern Saudi Aramco meldt recordwinst van 151 miljard euro’, kopte NRC op 13 maart. Ik kon het niet bevatten. Er schoten twee beelden door mijn hoofd, nagenoeg tegelijkertijd. Het ene was dat van Amin Nasser, de topman van het bedrijf, met zijn handen aan het stuur van een gouden Porsche cabrio. Het andere was de jonge klimaatactiviste Vanessa Nakate uit Uganda bij wie de stoom uit haar oren kwam.De stampende activiste, de relaxte miljardair, dit soort beelden voedt mijn verontwaardiging over de toenemende ongelijkheid in de wereld. De rijken worden alsmaar rijker en weinig op hun verantwoordelijkheid aangesproken. Sterker nog, door speciale belastingtarieven en aparte regelingen kunnen zij gemakkelijk hun gang gaan en nog meer rijkdom vergaren.
De armen worden niet per se armer, maar door klimaatrampen in hun leefgebied, door afnemende toegang tot basisvoorzieningen en door stijgende prijzen wordt het voor hen wel steeds moeilijker om een menswaardig bestaan op te bouwen. Het is alleen zo moeilijk voor te stellen hoe dat eruitziet en wat dat betekent als je in een rijk land woont.
Fabriek verzwolgen in zee
Vorig jaar was ik in Senegal voor een projectbezoek. We reden vanuit Kaolack naar de Sine Saloum delta, een waterrijk en groen gebied. Tijdens een van onze stops vertelde de contactpersoon dat het waterniveau zo sterk en zo snel gestegen was de afgelopen tijd, dat een fabriek, die een behoorlijk stuk landinwaarts lag, er niet meer is. De hele fabriek is verdwenen. Opgeslokt door de zee. Een heel stuk van het land is gewoon weg. De Senegalezen uit het dorp waren er redelijk gelaten onder. Hun reactie was dat ze er mee dealden, het is nu eenmaal zo.Daar krijg ik dan buikpijn van. Want ja, de bewoners die ik sprak zijn geen watermanagers of klimaatdeskundigen, en kunnen dit niet in hun eentje veranderen. Maar als je het grotere plaatje bekijkt, dan klopt dat niet. Dan kunnen we er wel wat aan doen om dit soort extreme stijgingen te voorkomen. Drastisch minder CO₂ uitstoten, om maar iets te noemen. Of met wet- en regelgeving duurzame handel stimuleren. Of kennis en kunde beschikbaar stellen om aan duurzaam kustmanagement te doen, zodat kustlijnen niet landinwaarts verplaatsen.
De impact van klimaatverandering
De rol van ontwikkelingssamenwerking is aan het veranderen. Dat lezen we vaak en dat zeggen we regelmatig tegen elkaar. Wat er dan precies verandert, is soms moeilijker uit te leggen. Om nogmaals het voorbeeld uit Senegal te gebruiken; het project wilde vrouwen bewust maken van de gevaren van besnijdenis en alternatieven bedenken voor deze rite de passage. Dit is heel nobel en heel hard nodig.Maar als het water om je heen zo rap stijgt en je woont op een eiland, mag je je hardop afvragen of dit nu de eerste prioriteit is. Het is dus noodzakelijk om ook ideeën en vaardigheden in de projecten mee te nemen die rekening houden met klimaatverandering. Voor organisaties vraagt dit een andere manier van werken en kijken naar de realiteit, en niet iedereen is daar voldoende voor uitgerust. Dat vereist een drastische aanpassing van projecten op korte termijn. Daar moeten ontwikkelingsorganisaties werk van maken.
Aanzetten tot actie
Verder is het belangrijk om dit soort verhalen te vertellen om bewustwording en actie ook hier te realiseren. Want zonder kennis zullen mensen aan deze kant van de globe hun gedrag nooit veranderen. De rol van ontwikkelingsorganisaties wordt dus steeds meer ook het tot actie aanzetten van mensen hier. Dit kan door mensen wereldwijd met elkaar te verbinden door voorbeelden te geven, urgenties te benadrukken en vooral door in te zetten op beleidscoherentie in alle landen.Voor Nederland betekent het dat ontwikkelingssamenwerking geen doekje voor het bloeden mag worden. Het moet worden ingezet als middel om mensen met elkaar te verbinden in een gezamenlijke strijd tegen klimaatverandering en voor klimaatrechtvaardigheid. Alleen als we samen met inwoners van dorpen, activisten, consumenten en beleidsmakers optrekken, heeft zo’n strijd voor een leefbare en eerlijke wereld kans van slagen.
Columniste Liana Hoornweg is de nieuwe directeur van Partos, het grootste samenwerkings- verband van ontwikkelingsorganisaties in Nederland. Zij is de opvolgster van Bart Romijn, de nummer 13 in de DDB Top 100.