'Mondiaal bewustzijn is niet voldoende'

Winnaar Spinozapremie Gupta over een faire energietransitie

Prof. dr. Joyeeta Gupya.
Prof. dr. Joyeeta Gupya.
11 juli 2024

Hoe kunnen samenlevingen loskomen van het aloude en wereldwijde systeem gebaseerd op fossiele brandstoffen en de daarbij behorende economische, financiële en politieke belangen? En dat terwijl veel landen in het globale zuiden zich intussen storten op nieuwe, omvangrijke projecten op dit vlak. We vragen het klimaatwetenschapper Joyeeta Gupta.



We spreken de Indiase hoogleraar, die al dertig jaar in Nederland woont en werkt, op haar kamer op de Roeterseiland Campus in Amsterdam. Ze legt daar juist de laatste hand aan een e-mail. Joyeeta Gupta (Delhi 1964) maakt een onvermoeibare indruk. Haar dagen zijn gevuld met onderzoek, scripties nakijken, promovendi begeleiden, presentaties voorbereiden en congressen bezoeken. Eerder dit jaar was ze op het World Economic Forum.

Gupta ontving in 2007 (met anderen) de Nobelprijs voor de Vrede en vorig jaar de Spinozapremie – ook wel de Nederlands Nobelprijs genoemd. Ze is hoogleraar Milieu en ontwikkeling van het mondiale zuiden aan de UvA. Ook is ze verbonden als hoogleraar Water Law and Policy aan het IHE Institute for Water Education in Delft – het kennis en opleidingscentrum voor water van Nederland. 

Saillant detail: Gupta studeerde rechten aan Harvard na de giframp bij Union Carbide in 1984 in India – een van de grootste industriële rampen ooit. Het vrijkomen van veertig ton methyliscocyanaat – een brandbare vloeistof die hevig reageert met water – uit een bestrijdingsmiddelenfabriek eiste duizenden levens. Nog dertig jaar na dato werden misvormde kinderen geboren. Een schikking van € 377 mln, werd in brede kring gezien als te mager.
 
GroteFotoGupta.jpg

Uw onderzoek maakt veel impact. Wat verstaat u onder een rechtvaardige transitie?

‘Ik richtte mij als een van de eerste wetenschappers op het thema klimaatrechtvaardigheid. Landen in het mondiale Zuiden worden onevenredig hard getroffen door klimaatverandering terwijl ze niet de veroorzakers ervan zijn. Het dilemma is dat ook deze landen fossiele brandstoffen willen gebruiken voor hun eigen economische groei. De vraag is welk alternatief we ze kunnen bieden, bepaald geen sinecure.’

‘Eerst moet Noordwest Europa zelf in de spiegel kijken. We zouden in de komende jaren een Covid-achtige stop moeten inlassen met als centrale vraag: waar zijn we mee bezig? Anders wordt het business as usual en blijft de uitstoot van broeikasgassen stijgen. Dit betekent niet vandaag stoppen met fossiele brandstoffen, maar dat moet er wel snel van komen en bepaalde sectoren, denk dichtbij huis aan Amsterdam met zijn haven en luchthaven, moeten bereid zijn om offers te brengen.’

Hoe ver zijn we medio 2024 met de energietransitie?

‘Er is op mondiale schaal bewustwording van het probleem. Dat hebben we bereikt. Maar daarbij passen kanttekeningen. Je hebt de theorie van de issue attention cycle – de maatschappelijke aandacht wordt kort gevestigd op een probleem en vervolgens verdwijnt die aandacht weer, zelfs als het probleem niet is opgelost. Je moet dus niet te lang wachten want dan kun je nooit een oplossing vinden, zeker als men zich realiseert wat de kosten zijn op korte termijn.’

‘Het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering uit 1992 was niet slecht, maar daarna is de aandacht verslapt. Politieke leiders, die vaak na vier jaar weer weg zijn,  hebben er te weinig mee gedaan. En ceo’s van energiereuzen zijn vaak meer bezig met de bedrijfswinsten en hun eigen bonussen dan met de gezondheid van hun organisaties en de toekomst van hun medewerkers. Waarom is er geen malus? Move the money down!

Want?

‘We zien al te vaak het mechanisme van de Processie van Echternach: drie stappen vooruit, twee stappen achteruit. De structuurverandering die nodig was, is achterwege gebleven. Dat is een tweede kanttekening. De energietransitie wordt in veel delen van de wereld gezien als een technocratisch issue. Zo van: als we hernieuwbare energie hebben is het probleem opgelost. Intussen moet elk bedrijf, ieder huishouden ingrijpend veranderen, zo wil de energietransitie.’

‘De infrastructuur – het stelsel – moet dat aankunnen en daar zit een deel van het probleem. Nederland van het gas af helpen had een geleidelijk proces moeten zijn. Nu is het een overnight process en dat maakt het heel duur voor iedereen. Om het op mezelf te betrekken: ik heb alle subsidies gekregen: voor zonnepanelen, voor een warmtepomp, voor een elektrische auto. Maar ik ben welgesteld en had deze subsidies niet nodig. Waarom zijn de subsidies niet rechtvaardiger verdeeld onder mensen die minder bedeeld zijn?’

Verwarring alom?

‘We hebben als samenleving een aantal jaren verspild om van het gas af te komen. We zijn te nonchalant geweest en hebben te weinig gevoel gehad voor urgentie. Ook was er veel onduidelijkheid. Hoe weet de consument welk verwarmingssysteem hij moet hebben? En inzake elektriciteit: als we te veel stroom opwekken, dan moeten er manieren gevonden kunnen worden hoe dat aan te wenden of op te slaan.’

‘Er is geen tijd meer voor een geleidelijke transitie. Het moet snel. De uitdaging op mondiale schaal: zorgen dat de allerarmsten daarbij niet de meeste problemen krijgen. Grote bedrijven kunnen veel meer doen. We hebben nog een paar jaar om in ons avondland Europa iets te bereiken én ontwikkelingslanden te overtuigen van het feit dat ze geen nieuwe investeringen in het delven en gebruiken van fossiele brandstoffen doen. Een tantaluskwelling.’   

Nog meer kanttekeningen?
‘Zeker: ik was in januari op het World Economic Forum. De centrale boodschap van het ‘Global Risk Report 2014’ was dat de verspreiding van desinformatie door middel van kunstmatige intelligentie het grootste risico is van dit moment. Risico-experts – er werden er voor dit rapport 1.400 geraadpleegd – vrezen dat AI-gegenereerde desinformatie wordt gebruikt om maatschappelijke en politieke verschillen te vergroten.’

Wat is uw belangrijkste zorg?

‘Klimaat is de moeder van alle milieuproblemen. Op dit vlak staat het Westen op het punt om de controle over dit probleem te verliezen. We hebben relatief weinig gedaan. En men is niet overtuigd van het feit dat er ook zonder fossiele brandstoffen een leven mogelijk is. Circa 78% van de resterende fossiele brandstoffen is in ontwikkelingslanden. Landen als China en India hebben zelf voldoende kennis over hoe om te gaan met de energietransitie.’

‘Het is zuur wat wij in het Westen er niet in zijn geslaagd om ontwikkelingslanden te overtuigen van het feit dat ze beter alternatieve energiebronnen kunnen aanboren. Dat is een enorm probleem. De beschuldiging aan het adres van China als grote vervuiler is onterecht. China is momenteel wereldleider op het gebied van hernieuwbare energie. Het is een grootmacht met een autocratisch bestuur die zich – anders dan India – snel kan aanpassen.’

‘De realiteit is inmiddels dat de ‘‘milieugebruiksruimte’’ zeer beperkt is. Wereldwijd verbruikt de mensheid jaarlijks 1,7 maal zoveel grondstoffen als de aarde ons kan leveren. Anno 2024 leven nog steeds miljoenen mensen in armoede. Veel hulpbronnen zijn in het bezit van weinigen. Dat is absurd. Waar het op aankomt is: hoe kunnen we met veranderingen in ons gedrag de vraagzijde beteugelen. Profitsectoren zullen daar last van krijgen.’

Wat betekent dit voor investeringen?

‘Onze huidige bbp-economie is moeilijk verenigbaar met een duurzame maatschappij. De inkoopafdelingen van bedrijven moeten verantwoordelijkheid nemen voor de hele keten. Denk aan betere sociale omstandigheden voor kinderarbeid. Kunnen we ons economische systeem niet beter inrichten? Waarom betalen de armen in landen met opkomende economieën zulke hoge rentes voor microkredieten?’

Wat kunnen filantropische fondsen doen met hun grants?

‘Ze zijn naast de overheid en de markt van onschatbare waarde. Ze kunnen bijdragen aan het afbouwen van de fossiele industrie in Europa, maar ook in ontwikkelingslanden. Bijvoorbeeld door fabrieken een nieuwe bestemming te geven en medewerkers om te scholen. Dit zijn projecten die banken niet financieren en er zijn enorme investeringen mee gemoeid. Het gaat dus om niet alleen kapitaalgoederen maar ook en vooral om menselijk kapitaal.’

En de rol van consumenten?

‘Voor wie vlees consumeert en niet vegan wil worden, geldt als richtsnoer een portie van 100 gram per persoon per dag. Dat is precies wat we nodig hebben. In lijn daarmee kunnen we ook minder vis consumeren. De oceanen zijn immers overbevist en verzuurd. Aan vele fronten hebben we grenzen overschreden. We moeten dus consuminderen, in het bijzonder in Noord-Europa. Het Zuiden moet het slechte voorbeeld van Noord-Europa beslist niet volgen.’

‘Veel Nederlanders denken: gezien de milieuproblematiek moet ik minder consumeren. Dat is niet acceptabel en dus stemmen ze op een van de huidige coalitiepartners, de Boer Burger Beweging (BBB). Als je kijkt naar het coalitieakkoord zelf dan zie je wel acceptatie van het klimaatprobleem. Men wil zich inzetten voor adaptatie van het beleid in Nederland. Het besef is er dus wel. Helaas wordt de publieke opinie deels gevoed door misinformatie. Adaptatie zonder mitigatie is een groot probleem. Het blijft dan dweilen met de kraan open. Het is duidelijk dat er snel strengere regels moeten komen voor AI.’ 

Hoe ziet de samenleving er volgens u uit in 2050?

‘De klimaatverandering zal doorgaan. In zijn algemeenheid zal de kwaliteit van leven het winnen van de kwantiteit. In 2050 zullen de huizen kleiner zijn. De tuinen zullen wat wilder worden en meer in elkaar vloeien. We hebben compacte steden.  Burgers eten minder vlees en gebruiken minder suiker. Delen van de rurale gebieden gaan terug naar de natuur. Openbaar vervoer en de fiets zijn belangrijker. En vergaderen zal meer en meer via het scherm gaan. Ondanks alles blijf ik optimistisch.’

Binnenkort verschijnt: Joyeeta Gupta et al (eds.) Leaving fossil fuels underground. Actors, arguments and approaches in the Global South and Global North (AUP 2024).

https://www.aup.nl/en/book/9789048560370/leaving-fossil-fuels-underground
                                                                                                                                           
Vrijdagavond 4 oktober aanstaande treedt klimaatwetenschapper Joyeeta Gupta op in Het Concertgebouw de serie Scherpdenkers: verhalen en muziek die stemmen tot nadenken. Zij doet dit samen met violist Lonneke van Straalen & co. Motto: Hoe klinken de jaargetijden in de 21ste eeuw?

Bert Koopman is hoofdredacteur van Filantropie Platform DDB, onderdeel van Amsterdam University Press.

Madelon van Leeuwen is directeur Stichtingen en Instellingen bij ING Private Banking & Wealth Management.