DDB Expert Ontwikkelingssamenwerking Bart Romijn beziet de crisis in Afghanistan vanuit zijn eigen vakgebied en pleit voor meer compassie.
Heb je ooit grotere tegenstellingen gezien in een crisis dan bij die in Afghanistan? Afschuwelijke taferelen spelen zich daar momenteel af. Veel mensen, en vooral vrouwen, hebben grote angst voor wat er nog gaat gebeuren. Tegenover hun wanhoop staat de hoop bij andere Afghanen. Hoop dat de machtsovername door de Taliban juist traditionele normen herstelt en stabiliteit brengt. De VS en de EU druipen af (voor hoe lang?), terwijl China, Rusland en Pakistan bij de nieuwe situatie garen lijken te spinnen. Veel deskundigen laten hun licht schijnen over wat er is gebeurd en wat er zou moeten gebeuren. In hun adviezen is eenduidigheid ver te zoeken: ga en blijf weg, probeer overeind te houden wat is opgebouwd, beperk je tot herstelbetalingen, etc.
Hartverwarmend vind ik de uitingen in Nederland van medeleven met de Afghanen, van petities tot acute hulpacties. Dan is het weer pijnlijk de protestacties te zien tegen in Nederland opgevangen Afghanen. Wat mij ook tegen de borst stuit zijn haat-uitingen jegens mensen die via social media of anderszins hun medeleven tonen. Natuurlijk levert een berichtje op Instagram of Twitter een Afghaan geen centimeter meer veilige ruimte op. Zo’n berichtje is wel een uiting van compassie. En dat is altijd nog beter dan onverschillig je schouders ophalen. Liever een doekje voor het bloeden dan doen alsof je neus bloedt. Want ja, oorlogen zijn zo oud als de mensheid, zoals ongelijkheid en machtsmisbruik dat ook zijn. Maar verzet daartegen is net zo goed van alle tijden. Verzet is zinvol en succesvol, want telkens lukt het weer om tijden en plaatsen te creëren van vrede, vrijheid en rechtvaardigheid. En dat verzet begint bij compassie.
Compassie, anderen houvast proberen te geven in tijden van wanhoop, is wat ons drijft als ontwikkelings- en humanitaire organisaties. Niet omdat we beter zijn dan anderen. Wel omdat we aanvullende mogelijkheden hebben en die mogelijkheden willen delen. Hoe we dat moeten doen, is iedere keer een zoektocht. In het geval van Afghanistan wees ik al op uiteenlopende wensen van de Afghaanse bevolking en de evenmin eenduidige adviezen van experts. Hoe complex de situatie ook is, we moeten als ontwikkelings- en humanitaire organisaties de tijd nemen om er lessen uit te trekken, voor onze betrokkenheid bij zowel Afghanistan als andere conflictgebieden. Partos zet hiertoe mogelijk in langs het format van de op dit moment lopende diepte-debatten Decolonisation of Aid.
Verzet tegen ongelijkheid, machtsmisbruik en mensenrechtenschendingen is een uphill battle, zoals Engelsen dat zo mooi zeggen. Deze term is zeker op Afghanistan van toepassing. Bedenk dat de oorlogsinvesteringen in dit land de afgelopen twintig jaar ruim tweeduizend miljard dollar hebben gekost. Daarbovenop komt nog eens vijfhonderd miljard dollar aan rentekosten om de leningen voor die oorlogsinvesteringen te kunnen bekostigen. De zesendertig miljard dollar voor wederopbouw, infrastructuur en onderwijs en vier miljard voor noodhulp steken hier schril bij af. Genoemde bedragen maken het duidelijk dat we het ook van andere middelen moeten hebben.
Die andere middelen voor civil society bestaan uit samenwerking en creativiteit van mensen. Laat je nog eens inspireren door Activism, Artivism and beyond, inspiring initiatives of civic power. In creatief samen optrekken moeten we altijd blijven investeren, overal ter wereld. Ook in Afghanistan, in de meer ‘verwesterde’ steden, én in het meer traditionele, rurale gebied. Niet vanuit westerse waarden of vanuit superioriteit. Wel vanuit compassie en gesteund door de universele mensenrechten en de wereldwijd afgesproken Duurzame Ontwikkelingsdoelen. Als de lokaal overheersende cultuur vanuit religie, cultuur of andere redenen groepen uitsluit of onderdrukt, kortom mensenrechten met de voeten treedt, dan weten wij voor wie we kiezen.
We zullen een lange adem nodig hebben en de praktijk zal weerbarstig zijn, zeker wat betreft de wisselwerking met de lokale bevolkingsgroepen in Afghanistan. Dit mag ons niet ontmoedigen. Om Malcolm Gladwell, schrijver van ‘The Tipping Point’, vrij aan te halen: als een enkele vlinder oorlog kan veroorzaken, kan een strohalmpje vrede brengen.
*Auteur Bart Romijn is directeur van Partos, en bezet in die hoedanigheid al jaren een prominente plaats op de DDB100, de ranglijst van influentials in de filantropiesector. Deze branchevereniging voor ontwikkelingssamenwerking verenigt meer dan 100 Nederlandse ontwikkelingsorganisaties. Hiermee vormt zij het grootste samenwerkingsverband van ontwikkelingsorganisaties in Nederland.
Deze column verscheen eerder op de website van koepel Partos.
Ontwikkelings samenwerking
Houvast in tijden van wanhoop
16 september 2021
Opinie | Bart Romijn | Ontwikkelings samenwerking