Verkeerd sentiment rond ngo's
De sector van social enterprises maakt volgens Follow the Money tussen 2011 en 2016 een stromachtige groei door van 70 procent. Volgens Jamy Goewie, die in 2013 de Nederlandse tak van het mondiale netwerk van sociale ondernemers en maatschappijvernieuwers Ashoka opzette, komen de klassieke ngo’s hierdoor onterecht in het verdomhoekje, terwijl die juist wezenlijke impact maken: ‘Sociaal ondernemerschap wordt tegenwoordig gezien als de heilige graal, terwijl NGO’s worden neergezet als ouderwets geitenwollensokkengedoe.’Volgens Goewie wordt zo het sentiment gevoed dat de nogo-sector eigenlijk vervangbaar is. Dat is volgens haar kortzichtig: ‘Kindersterfte, voedselvoorziening voor de allerarmsten, kindhuwelijken: daar valt gewoon bijna geen business model voor te bedenken.’
Businessmodellen lossen niet alles op
Goewie erkent dat veel kritiek op de ‘hulpindustrie’ van ngo’s, vooral in het ontwikkelingswerk, terecht is: ‘Veel NGO’s zijn ineffectief. Dit kun je echter ook zeggen van een heleboel sociale ondernemingen waarbij je met een vergrootglas naar de impact moet zoeken.’Goewie keert zich niet tegen sociaal ondernemerschap, maar waarschuwt voor over-optimisme: ‘We moeten alleen oppassen dat we niet denken dat we met een businessmodel alle problemen kunnen oplossen.’
Elkaar versterken ligt meer voor de hand
NGO’s en sociale ondernemingen zouden elkaar volgens Goewie juist goed kunnen versterken enpleit voor het vervagen van grenzen, ‘zodat sterktes en zwaktes elkaar kunnen complementeren’. Het gemeenschappelijke doel volgens haar: maatschappelijke impact. Goewie: ‘Sociale ondernemers moeten niet bang zijn om een keer een gift of een donatie te accepteren. En tegelijkertijd kunnen NGO’s best vaker onderzoeken of een business model in sommige gevallen toch mogelijk is.’►Bron: Follow The Money