Een donateur die in zijn aangifte inkomstenbelasting een gift aftrok van 4.500 euro contant aan een stichting heeft geen recht op die aftrek. Niet alleen omdat er geen bewijs is voor de contante betaling, maar ook omdat de penningmeester van de stichting eerder verklaarde op grote schaal kwitanties vervalst te hebben.
De anbi-status van de stichting was in 2014 met terugwerkende kracht tot 1 januari 2008 ingetrokken. De rechtbank Den Haag stelde voorop dat de intrekking van de anbi-status niet in de weg stond van toepassing van de giftenaftrek in 2013, maar vond wel dat de donateur zijn gift in contanten niet had kunnen aantonen. Die had wel een ondertekende donatieverklaring, maar die werd in twijfel getrokken toen bleek dat de penningmeester in een strafrechtelijk onderzoek tegen de stichting had verklaard dat hij op grote schaal valse kwitanties had afgegeven. Daarbij werden kwitanties gekocht voor tien tot twaalf procent van de waarde die op de kwitanties stonden vermeld. De penningmeester had ook verklaard dat hij in de kasadministratie het daadwerkelijk ontvangen bedrag boekte en dat slechts in een aantal gevallen het volledige bedrag van de kwitanties tot maximaal vierhonderd euro waren betaald.
Geld in eigen zak
De Rechtbank vond met het oog op deze verklaringen de ondertekende donatieverklaring niet toereikend als bewijs. Dat gold ook voor de door de donateur verstrekte print met de stempel van de stichting. Die print zou uit de administratie van de stichting moeten komen, maar werd in de kasadministratie over december 2013 niet teruggevonden. De donateur kwal slechts een keer voor in de administratie, met een gift van 560 euro op 31 maart 2015. De donateur meldde nog wel dat hij in juni 2016 bij de politie aangifte had gedaan van fraude tegen de penningmeester, waarbij hij zijn vermoeden had geuit dat de penningmeester zijn geld in eigen zak had gestoken. De rechtbank verklaarde het beroep van desondanks ongegrond.
nl
