Tom Oostrom, Directeur Nierstichting en voorzitter Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF), steekt namens de Nederlandse gezondheidsfondsen een hand uit naar de overheid: de private fondsen willen graag meer investeren in onderzoek en innovatie als de overheid zorgt voor passende fiscale faciliteiten.
Donderdag 14 juni debatteert de Tweede Kamer over het Bedrijfslevenbeleid van minister Verhagen, een van de beleidsthema’s die niet controversieel zijn verklaard. Een van de 9 topsectoren binnen het bedrijfslevenbeleid is de topsector ‘Life Science & Health’. Ontwikkeling van deze sector is noodzakelijk om betere en beter betaalbare zorg te realiseren. De beperkte financiële middelen staan de ontwikkeling van deze sector in de weg. Een grotere maatschappelijke bijdrage is mogelijk, door gezondheidsfondsen fiscaal te faciliteren meer in deze sector te investeren.
Kern van het bedrijfslevenbeleid is het stimuleren van samenwerking tussen wetenschap en bedrijven in 9 topsectoren om op die manier de Nederlandse bedrijvigheid een impuls te geven. In navolging van dit beleid is de afgelopen maanden door de topsectoren hard gewerkt aan het formuleren van innovatiecontracten waarin de samenwerking tussen publieke en private partijen is uitgewerkt. Op 2 april werden de innovatiecontracten door de minister en de boegbeelden van de 9 topsectoren gepresenteerd.
Eurocommissaris voor onderzoek Geoghegan-Quinn roemde tijdens de Innovation Lecture op 26 maart in de Ridderzaal de Nederlandse publiek-private aanpak van de afgelopen jaren en ziet het als voorbeeld voor Europa. De eurocommissaris zei er nog iets bij: in tijden van economische crisis en bezuinigingen moet worden geïnvesteerd in onderzoek en innovatie. En daar knelt het. Het bedrijfslevenbeleid bouwt voort op de publiek-private aanpak van de afgelopen jaren met het verschil dat de haarlemmerolie van de afgelopen jaren, de zogenaamde aardgasbaten, grotendeels ontbreekt en de topsectoren vooral gefinancierd zullen worden door bestaande geldstromen om te buigen. Bij zijn afscheid als president van de KNAW op 5 juni omschreef Robbert Dijkgraaf de herallocatie van middelen als het twee keer uitgeven van dezelfde onderzoekseuro.
Jaarlijks investeren de gezondheidsfondsen ruim 150 miljoen euro in de topsector Life Science & Health. Ter vergelijking: de ministeries van VWS & EL&I trekken in 2012 gezamenlijk 143 miljoen euro uit voor deze topsector. We hebben dus recht van spreken als het gaat om het beleid van de topsectoren. De zorgen van de eurocommissaris en Robbert Dijkgraaf delen wij. Publiek-private samenwerking heeft onze volle steun, want hoe eerder onderzoeksresultaten de patiënt bereiken, hoe beter. Maar door het droogvallen van de aardgasbaten en het ontbreken van voldoende stimulerende maatregelen komt de opdracht van deze sector, betere behandeling en slimmere en betaalbare zorg, in het gedrang. Er is een aantal financieringsinstrumenten bedacht om bedrijven te stimuleren deel te nemen aan de topsectoren, maar deze middelen zijn beperkt en MKB-bedrijven, een belangrijke motor van innovatie in de Life Sciences, hebben moeilijk toegang daartoe.
Meer investeren in onderzoek en innovatie in deze sector is dus noodzakelijk. De overheid dient een groter budget voor onderzoek en innovatie te reserveren. Gezien de economische situatie in Nederland is het niet reëel te verwachten dat het om grote bedragen gaat. Het kan ook anders en goedkoper, namelijk door gezondheidsfondsen fiscaal te faciliteren. Ken aan donateurs een extra aftrekmogelijkheid toe, de zogenaamde turbo multiplier zoals die nu geldt voor de culturele sector. Het stelt gezondheidsfondsen in staat om meer geld op te halen en te besteden aan onderzoek en innovatie. Maar ook: maak het fiscaal aantrekkelijk om in (zorg)innovaties te participeren zoals dat nu nog bij groen beleggen het geval is, namelijk door een vrijstelling in box 3 en een extra heffingskorting.
De gezondheidszorg is van ons allemaal, en voor ons allemaal. Onderzoek en innovatie zijn niet alleen goed om Nederland op te stoten als kenniseconomie, maar zijn essentieel voor de houdbaarheid van ons stelsel en daarmee voor onze gezondheid. Gezondheidsfondsen nemen hun verantwoordelijkheid en zijn bereid tot een grotere rol. Wij vragen de overheid deze uitgestoken hand aan te nemen.
Tom Oostrom, Directeur Nierstichting en voorzitter Samenwerkende Gezondheidsfondsen (SGF)
Politiek en overheid