De tien grootste uitdagingen van sociale investeringsfondsen

De tien grootste uitdagingen van sociale investeringsfondsen
De tien grootste uitdagingen van sociale investeringsfondsen
9 oktober 2019
Opinie | | Venture philanthropy

Sociale impactfondsen zijn de afgelopen jaren gegroeid in aantal en omvang. Binnen EVPA heb ik regelmatig gesprekken met onze impactfondsen over de uitdagingen die zij hebben in dit nog steeds betrekkelijk nieuwe veld. Deze impactfondsen zijn soms gelieerd aan een Stichting (zoals HIVOS Impact Investing of DOEN participaties) of aan een bedrijf (ABN Impact Fonds), maar ook vaak zelfstandig opgezet om aan een specifieke vraag te voldoen. Enerzijds om aan de vraag vanuit filantropen en investeerders te voldoen om  sociale impact te koppelen aan financiële return.  Anderzijds vanuit de Sociale Projecten kant, waar de sociaal ondernemingen manieren zoeken om te schalen met het juiste type kapitaal. De eerste investeringsfondsen hebben inmiddels best wat ervaring opgedaan. Als groep hebben deze fondsen deels dezelfde uitdagingen. De belangrijke heb ik hieronder op een rij gezet. Misschien geen verassing: veel uitdaging zijn gelijk aan de uitdagingen van reguliere vermogensfondsen. 
 
Reageren? Mail ons, of reageer via TwitterFacebook of Linkedin.
 
Ook een bijdrage schrijven voor De Dikke Blauwe? Klik dan hier.

 
1. 
Fondsenwerven: sociale investeringsfondsen financieren vaak de (beginnende) opschaling van een organisatie. Het is lastig het juiste kapitaal aan te trekken. Vooral omdat er minder financieel rendement wordt beoogd (dus niet altijd interessant voor commerciële investeerders) maar ook omdat de sociale impact niet altijd makkelijk te kwantificeren is (wat het voor filantropen niet altijd aantrekkelijk maakt).
 
2.
Dat brengt ons op de tweede uitdaging: het meten van impact. Er zijn inmiddels veel methodieken, maar… deze kosten tijd en geld. Wie gaat dat uitvoeren? De investeerder of de sociaal ondernemer? De sociale ondernemingen hebben vaak kleine teams en dan is het meten van impact soms een intensieve extra taak.  Daarbij komt nog de vraag of de sociaal ondernemer of het impactfonds de bijkomende kosten van het impactmeten moet betalen. 
 
3.
Sociaal ondernemers hebben een groter risico op burn-outs dan commerciële start-ups en regelmatig valt de oprichter weg of valt het kernteam uiteen. Het gevoel van verantwoordelijkheid voor de beneficiënten, gecombineerd met financieringsdruk en bedrijfsvoering vraagt veel van startende teams. Na een succesvolle investeringsronde komt het nogal eens voor dat het team alsnog uit elkaar valt. Hoe kunnen sociale investeringsfondsen hierop anticiperen en daarop monitoren en due dillegence uitvoeren? De Nederlandse investeringsfondsen SI2 fonds en Social Impact Ventures hebben inmiddels methodieken ontwikkeld om burn-outs te onderkennen in een vroeg stadium.
 
4.
Samenwerken met co-financierders zodat het voor zowel de sociaal ondernemer als de impactfondsen een succesvolle investering oplevert. Hoe vind je elkaar? Hoe stem je de belangen af en het gewenste sociale en financiële rendement? Hoe kunnen impactfondsen like minded peers vinden en hoe bouw je aan een vertrouwensrelatie tussen verschillende investeerders? 
 
5.
Concurrentie van traditionele vermogensfondsen die met donaties werken. Vaak prefereren sociaal ondernemers nog extra rondes donaties of subsidies boven een investering in de vorm van een lening of aandelen. Grants en investeringen zijn nog onvoldoende op elkaar afgestemd om wederzijds als hefboom te werken.
 
6.
Managementondersteuning is een kernelement van sociaal investeren. Teams worden uiteraard bijgestaan door hun investeerders op strategie, HR en bedrijfsvoering. Het kan een uitdaging zijn om de juiste personen te vinden om deze ondersteuning te geven. Sociaal ondernemers opereren vaak in een nieuwe markt en aan systemische verandering, dat vraagt om voldoende senioriteit van de begeleiders.  
 
7.
Het eigen verdienmodel van een investeringsfonds kan ook een uitdaging zijn. Als de sociale ondernemers zoveel hulp en assistentie nodig heeft bij de bedrijfsvoering en tegelijkertijd worden geen hoge financiële rendementen nagestreefd, hoe kan een impact fonds dan zelf ook rendabel zijn? 
 
8.
Sommige managers van investeringsfondsen geven aan druk te voelen van een ongelijke afweging tussen enerzijds investeren in een sociale onderneming met misschien wat minder impact maar die wel financieel rendement garanderen en anderzijds de early stage, impactvolle, innovatieve start-ups, die een hoog investeringsrisico met zich mee brengen. Het financieren van deze impactvolle start-ups is vaak het primaire doel van impact fondsen maar de focus op louter deze groep maakt financieel rendement maken moeilijker.
 
9.
Omdat het een betrekkelijk nieuwe sector betreft, is het voor veel fondsen moeilijk talent te vinden, maar ook om jong talent vast te houden. Het groeipad binnen impactfondsen kan beperkt zijn en dus is het een uitdaging om dit jonge talent op termijn vast te houden
 
10.
De term impact investeren is de laatste jaren een containerbegrip geworden waar veel verschillende strategieën mee worden bedoeld. Veel sociale impactfondsen die zich werkelijk focussen op impact en sociale innovatie voelen zich op een lijn gesteld met investeringsfondsen die louter ESG compliant zijn en zich ook impact investeerder noemen. De sociale impactfondsen krijgen daarmee steeds meer behoefte aan een eigen stem en erkenning in het eco-systeem. EVPA is begonnen met het ontwikkelen van spectrum van Investeerders voor impact tot investeerders met impact. 
 
De uitdagingen van de sociale impactfondsen overlappen deels met die van de vermogensfondsen, maar zijn ook ten dele anders. Ik hoor graag uw mening en ervaring over deze en andere uitdagingen.