Dan loop ik naar de koffieautomaat. Ik loop langs een paar collega’s en coworkers. De een zit diep in gedachten en kijkt niet op. De ander wel en er is meteen een blik van begrip. Ja koffie, laten we even lopen! We kletsen en meteen poppen ideeën op. Het ene idee, over een mogelijk nieuw project, vraagt dat we even gaan zitten. Ok, dat doen we dan volgende week! En meteen daarna is er weer een nieuw idee over een leidend beginsel en een slogan, een boek, een congres en dan meteen ook over een feestje dat we willen organiseren. En hoe het ontstond? Geen idee. We zitten samen in een flow. Adam Kahane noemt dit de generatieve dialoog. Een gespreksvorm, of beter gespreksomstandigheid, waarin ons bewustzijn niet meer in ons als persoon zit, maar waar we samen een veld van bewustzijn vormen, een veld van aanwezigheid. Het is een magisch gegeven, een goed gesprek, dat inspireert, dat levensadem genereert, dat je met volle teugen kan inademen en waarmee je tegelijk je ideeën de wereld in kan sturen. Dit is creatie. De ander is een spiegel, een muze met wie je creatie vormgeeft en jij bent die spiegel voor de ander.
Ik beschrijf dit nu misschien wat potsierlijk, maar sinds de lock downs heb ik meer grip op, door de afwezigheid ervan ben ik er meer gespitst op en kan ik het beter waarderen. Ik kan het contact maken beter waarderen. Ik zoom, ik bel etc. Met een paar goede collega’s heb ik zelfs afspraken gemaakt dat we elkaar zomaar bellen, alsof je naar de koffieautomaat gaat. Ik waardeer het spontane in ontmoetingen offline en online.