Crisis bij opvangcentra voor wilde dieren: hoe kan de EU helpen?

David van Gennep tijdens de conferentie bij het Europees Parlement in Brussel
David van Gennep tijdens de conferentie bij het Europees Parlement in Brussel
14 november 2019
Nieuws | | Organisatienieuws

Bij Stichting AAP werken we iedere dag hard om opgevangen dieren een dierwaardige toekomst te geven. Maar dat is lang niet alles. Zo bouwen we ook aan een Europees netwerk waardoor dieren in nood snel bij een geschikt opvangcentrum terechtkunnen. Dat kan AAP zijn, maar soms is een andere plek dichterbij of meer gespecialiseerd in de opvang van een bepaalde diersoort. Om dat netwerk goed te laten werken, is er dringend behoefte aan heldere wetgeving en voldoende financiering. Om aan te geven wat de knelpunten zijn publiceerden we een rapport (Engelstalig) over de belangrijke rol die opvangcentra als AAP spelen in de strijd tegen de illegale handel in wilde dieren.

Dit rapport diende als basis voor een conferentie over dit onderwerp, die op 13 november plaatsvond bij het Europees Parlement in Brussel. Leden van het Europees Parlement, de Europese Commissie, vertegenwoordigers van de lidstaten en dierenwelzijnsorganisaties onderschreven daar onze conclusie dat er meer hulp en Europese samenwerking nodig is om de illegale handel te bestrijden en het huidige capaciteitstekort voor opvang aan te pakken.
 
David van Gennep, die naast directeur van AAP ook voorzitter is van de raad van bestuur van de European Alliance of Rescue Centres and Sanctuaries (EARS): “Onze inspanningen als een opvangnetwerk dat samenwerkt met handhavingsinstanties wordt vaak gehinderd door onduidelijke of ongelijk toegepaste wetgeving in de hele EU. Ook hebben we last van verouderde voorschriften die niet passen bij het dynamische karakter van het redden van wilde dieren en, natuurlijk, een structureel gebrek aan financiële middelen.”

Samen met de Eurogroup for Animals en EARS vroegen we om aandacht voor de diverse uitdagingen. Gebrek aan ruimte is volgens ons onderzoek de belangrijkste. In heel Europa is veel vraag naar opvangplekken voor in beslag of in bewaring genomen en afgestane exotische dieren. Dit tekort komt met name door de groeiende illegale handel in wilde dieren en de explosief toenemende vraag naar exotische huisdieren, die eenmaal volwassen vaak in de steek worden gelaten. Ook de invoering van nieuwe, belangrijke wetgeving zoals een verbod op wilde dieren in circussen vergt veel opvangplekken. Maar als het aantal reddingsverzoeken toeneemt en het aantal opvangcentra beperkt blijft, wordt het bieden van goede huisvesting voor deze dieren een steeds grotere uitdaging. “Helaas kunnen deze dieren in de meeste gevallen niet uitgezet worden in de vrije natuur. Goede opvangcentra zijn daarom van groot belang om de autoriteiten te helpen deze dieren te identificeren, geschikt vervoer en huisvesting te bieden en uiteindelijk voor hen te zorgen,” aldus Martin Hojsík, EP-lid en gastheer van het evenement dat hij organiseerde met EP-lid Anja Hazekamp, voorzitter van de Intergroup on the Welfare and Conservation of Animals.

Het gepresenteerde rapport, getiteld Breaking Point: Solving the European Wildlife Rescue Crisis, bevat ook voorstellen ter verbetering. De EU en haar lidstaten worden opgeroepen om meer geld uit te trekken voor deze opvangcentra en hen te steunen bij hun activiteiten. Ook vraagt het document de EU om goed afgestemde richtlijnen voor de lidstaten en landspecifieke actieplannen voor de opvang van exotische dieren te ontwikkelen. Bovendien wordt in het rapport benadrukt dat de EU moet zorgen voor een consistente interpretatie van regels en voorschriften met betrekking tot de redding van exotische dieren.

"In de eindevaluatie van het EU-actieplan tegen de handel in wilde dieren, wat in 2020 verwacht wordt, moet de EU consistente ondersteuning bieden aan geschikte opvangcentra in heel Europa om ervoor te zorgen dat de dieren op de lange termijn goed kunnen worden verzorgd", besluit Reineke Hameleers, directeur van Eurogroup for Animals en een van de sprekers op het evenement.