nl
Echt hard nieuws had Adri Kemps namens het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) niet te melden tijdens de sessie "Licht op toezicht van goede doelen". De adjunct-directeur begon met een korte historie van het CBF-keur. Waarom was een keurmerk nodig? Wat is de achtergrond van het CBF? Wat doet het CBF en voor welke instellingen? Bij de beantwoording van die laatste vraag kwam het Mediad-onderzoek dat tijdens de vorige editie van Civil Society werd gepresenteerd nog even om de hoek kijken.
Nadat de inleidende beschietingen achter de rug waren, roerde Kemps een aantal onderwerpen aan die de tongen in beweging brachten. Eerste heikele punt dat Kemps opwierp is het feit dat alle algemeen nut beogende instellingen worden geacht voor 1 januari 2007 een nieuwe beschikking van de belastingdienst te verkrijgen. Kemps heeft er een hard hoofd in. "Het gaat om duizenden beschikkingen die moeten worden afgegeven door een onderdeel van de belastingdienst dat bemand wordt door slechts een handjevol fte's. Ik moet het nog zien gebeuren."
Vervolgens bewoog de discussie zich langs het feit dat binnenlandse- en buitenlandse giften gelijk behandeld gaan worden door staatssecretaris Wijn (Jan Scherphuis: "Nederland loopt hierin volstrekt voorop.") en de nieuwe richtlijn RJ650, die naast fondsenwerving en bestedingen nu ook kostenbeheer en administratie onderscheidt.
Maar de meeste discussie lokten toch het CBF-keur en de Verklaring van Geen Bezwaar zelf uit. Een groot deel van de aanwezigen vond het onderscheid niet ideaal. Geluiden uit de zaal: de kunstmatige scheiding zou zorgen voor eersterangs en tweederangs fondsen. De Verklaring van Geen Bezwaar zou door gevers namelijk gezien worden als ‘net niet.' Maerten Verstegen (ISF) sprak nog maar eens zijn diepgevoelde wens uit: "Waarom niet één keurmerk, ook voor de kleine fondsen?"
Adri Kemps: "We herkennen als CBF deze zorg. Vandaar ook dat we komen met een speciaal keurmerk voor de kleinere doelen."
