Met Fred Teeven vertrekt een van de grootste ambassadeurs van filantropie in Den Haag. De staatssecretaris van V&J was als coördinerend bewindsman vanuit het kabinet nauw betrokken bij het overleg tussen sector (SBF) en overheid. Niet alleen leidde dit tot een convenant (‘Ruimte voor geven’), maar vooral tot meer begrip voor de autonome rol van burgers die zich met eigen geld en tijd voor het algemeen belang inzetten. Het regelmatige overleg dempte in elk geval mogelijke bewegingen in de richting van substitutiegedrag: vervanging van collectieve financiering door private financiering.
Bij de totstandkoming van een nieuw validatiestelsel betoonde Teeven zich een slimme politieke vos. De aanbevelingen van de onafhankelijke Commissie De Jong werden door Teeven zo voorgesorteerd dat alle partijen zonder gezichtsverlies het strijdperk konden verlaten, met behoud van ieders kroonjuwelen, waaronder de autonomie van de sector en zeggenschap over normen, codes en toezicht en de eigenstandigheid van de Belastingdienst (MinFin), maar wel met een algemeen verbindend toezichtsarrangement vanuit de overheid. Voorwaar een staaltje hogeschoolpolitiek.
Dat Teeven vorig jaar op plaats nummer 101 eindigde in Filanthropiums Hot Hundred van invloedrijkste spelers in de filantropie, kon hij als symbolische zet van de hoofdredactie wel waarderen. Maar stiekem baalde Teeven met zijn ingebakken winners-mentaliteit daar wel van.
Voorlopig komt filantropie in de pikorde weer op een lagere plaats. De opvolgers van Opstelten en Teeven zullen voorlopig geen tijd hebben om de maatschappelijk betrokken burgers in audiëntie te ontvangen. Te hopen is dat het filantropievirus dat Teeven het kabinet binnensmokkelde zijn uitwerking op nog zittende bewindslieden niet zal missen.
Personalia