Het lijkt ideaal; maar ook ongelabeld geld brengt voor sociale ondernemers verplichtingen met zich mee. DDB Expert Jamy Goewie zit tegenwoordig als impact investeerder aan tafel tegenover de sociale ondernemer die ze eens zelf was.
LIEVE SOCIAAL ONDERNEMER,
Vroeger, toen ik leiding gaf aan een stichting die ik zelf had opgericht, vervloekte ik keer op keer de geldverstrekkers die maar niet begrepen wat ik nodig had. De overheid gaf geld (in de MFS-ronde jonge en vernieuwende organisaties 2008-2010) in de vorm van een subsidie. We waren daardoor maanden bezig in detail uit te werken wat we de komende twee jaar van maand tot maand gingen doen (en daarna nog meer dan een jaar om het hele bedrag te verantwoorden). Fondsen deden aan projectfinanciering wat behoorlijk beslag legde op onze administratie en ongelabeld geld moesten we binnen harken via ludieke acties en campagnes, wat behoorlijk tijdsintensief was. Ik had toen al behoefte aan “geduldig kapitaal”, zoals bijvoorbeeld uitgestelde leningen, maar ook aandelenkapitaal had ik in principe kunnen aantrekken (al had ik toen nog niet precies geweten hoe dat werkte).
De kennis en ervaring uit die tijd neem ik mee nu ik zelf aan de kant van de onderhandeltafel zit: met Shaping Impact Group investeren we via SI2fund en INZET in sociale innovaties die impact voorop stellen maar wel ook een businessmodel hebben. Het lijkt dus op mijn eigen ondernemende stichting.
Het geld wat we ter beschikking stellen is natuurlijk “ongelabeld”, het is aandelenkapitaal en hoe het wordt ingezet controleren we niet. Dat heeft veel voordelen, jij als ondernemer kan je gang gaan. Maar ook dit soort kapitaal komt met een prijs. Om dit kapitaal te verstrekken is onderzoek nodig vooraf en dat valt altijd tegen: om de waarde en de potentie van het sociale bedrijf te bepalen hebben we veel informatie nodig over de concurrentie-analyses, marktontwikkeling, kaspositie en financiële planning, het management team, IT structuur en marketing en sales analyse. Het pijnpunt in de financiering is verplaatst van “wat ga je precies doen met mijn geld?”, naar: “hoeveel is je bedrijf waard en voor hoeveel procent worden wij mede-eigenaar?”. Tot nu toe is dit een zwaar emotioneel geladen moment in het proces. Jij bent bezig met het maken van impact, staat dicht bij de doelgroep, je zit ook op een flow van optimisme en wij moeten je toch uit de bubble halen om op basis van de feiten te bepalen wat de waarde van je bedrijf is. Die waarde is altijd veel lager dan wat je mag verwachten als je afgaat op de (volledig terechte) positieve vibes en aandacht die jouw bedrijf al krijgt vanuit de media en maatschappij. Onze waardering is meestal veel lager dan wat jij zelf vindt dat het waard is, omdat jij ziet wat er kán, waar het naartoe gaat en hoe je bedrijf de wereld verder gaat helpen. Tegelijkertijd staan de investeerders niet altijd in de rij omdat op die “betere wereld” de euro’s niet renderen. Zo blijven dus de impact investeerders over die hun succes wél afmeten aan de gehaalde impact maar die door een bijkomende “impact-metrics” ook zien dat jouw bedrijf niet per se zo supersnel kan groeien als bedrijven die helemaal niet letten op sociale impact.
In elke ondernemer die ik voor me krijg, zie ik mezelf terug. De zoektocht naar zowel kansen in de markt gecombineerd met een zoektocht naar kapitaal voor die eerste groeifase. Zou ik deze onderhandelingen aankunnen? Zou ik me kunnen laten vertellen wat mijn bedrijf waard is? Zou ik het kunnen verteren als iemand mij vertelt dat mijn pipeline echt nog wel onderontwikkeld is en dat mijn IT-structuur veel zwakke punten heeft? Ik weet t niet. Ik vind t echt knap hoe de meeste ondernemers constructief blijven en blijven meedenken. En ze hebben gelijk, want het is het waard.
De bedragen zijn het waard om even door de zure appel te bijten, maar vooral de intensieve hands-on support die jij en je bedrijf krijgen en het uitgebreide netwerk van experts, maken in zee gaan met impact investeerders de moeite waard. Je krijgt uiteindelijk ongelabeld geld, netwerk en expertise terug als je uiteindelijk door die lastige fase van screening heen bent gekomen. Er is dus een silverlining, en ook vaak nog een pot met goud aan het einde van de regenboog.
Maar ik wil hierbij toch ook expliciet een diepe buiging maken voor jou: lieve sociaal ondernemer. Ik zie je, ik hoor je, ik leef met je mee. Je bent de held van je bedrijf en straks de held van een sector die door jou veranderd wordt. En trouwens, voor de goede orde, je bent ook altijd mijn held, ongeacht het uiteindelijk succes. Zet m op!
Jamy Goewie is partner bij Shaping Impact Group die 2 impact fondsen beheren en bestuurslid bij Oranje Fonds en Ashoka Nederland.
Venture philanthropy