Het bestuur van koepel IF presenteerde afgelopen vrijdag tijdens een ledenvergadering haar toekomstvisie onder de titel ‘IF 2.0’. Het plan voorziet in de vorming van een digitaal (kennis-)platform, dat moet worden ondergebracht in een nieuwe Stichting IF 2.0. De vertegenwoordigende functie van IF zou komen te vervallen en elders worden ondergebracht. Daarmee zou de Vereniging IF worden opgeheven, een voornemen dat bij een vooralsnog klein, maar zeer vocaal deel van de leden op heftige oppositie stuit.
De toekomstvisie IF 2.0 is volgens het bestuur ingegeven door de vraag of de huidige ambitie en structuur van koepel Instituut Fondsenwerving passend zijn nu er in de participatiesamenleving, met een terugtrekkende overheid, een groeiend beroep wordt gedaan op de filantropische sector. Het bestuur vindt het van belang dat er voldoende ruimte is voor “(digitale) vernieuwing op belangrijke thema’s als besturen, marketing, communicatie en werving. En ook voor het debat en discussie over de koers en ontwikkeling voor de sector.”
Leemte vullen
Het ontbreekt volgens het IF-bestuur aan een eigen unieke plek of platform waar de laatste kennis wordt gedeeld, de nieuwste technieken worden besproken en verhalen en initiatieven uit de sector hun weg vinden. Deze leemte wil het bestuur met IF 2.0 vullen, maar daarvoor moet wel de huidige organisatiestructuur fundamenteel worden aangepast. De drie kernfuncties die bij de fusie van het huidige IF in 2011 (uit beroepsvereniging NGF en kennisinstituut ISF) gedefinieerd werden – scholing, ontmoeting en belangenbehartiging – blijken volgens het bestuur geen combinatie met toekomst. De leden zouden vooral gecharmeerd zijn van de ontmoetingsfunctie en de belangenbehartiging als “minder relevant” beschouwen. “Ook de verenigingsctructuur die IF kenmerkt voegt minder toe dan gedacht en gewenst. De open-huis filosofie van het IF bleek aantrekkelijker dan het lidmaatschap zelf.”
Vereniging IF opheffen?
Op basis van deze analyse formuleert het IF-bestuur haar aangepaste ambities als volgt: “Ons antwoord is dat IF een nieuwe toekomst verdient door als (digitaal) platform IF 2.0 ‘van allen, voor allen’ te gaan functioneren. Dat impliceert dat de vertegenwoordigende functie binnen IF komt te vervallen (en deze IF-functie voor leden elders wordt ondergebracht), de vereniging IF wordt opgeheven en de Stichting IF 2.0 als juridische entiteit voor het platform zal functioneren.”
Waar de belangenbehartiging zal worden ondergebracht, zegt het bestuur (nog) niet, maar volgens welingelichte bronnen is hierover al een balletje opgegooid bij VFI, de koepel van fondswervende goede doelen en DDMA, de branchevereniging van dialoogmarketing.
Doelgroep ANBI’s
Het digitale platform IF 2.0 moet zich volgens het bestuur positioneren als “open, digitaal georganiseerd platform voor de filantropische sector”. Specifiek: de tienduizenden bestuurders, directies en managers van ANBI’s. Het platform moet producten en diensten aanbieden, waar mogelijk gratis, zowel online als op locatie. “Het digitale platform wordt de kortste weg naar bestuurlijke en praktische tips, nieuws, informatie, boeken en gidsen, blogs, kenniscirkels, opleidingen, contacten en netwerken van collega’s en adviseurs”, aldus het bestuur. De huidige diensten die het IF levert, zullen worden aangescherpt en moeten dan hun plek binnen het platform vinden.
De organisatie die dit mogelijk moet maken, moet volgens het IF-bestuur “klein en wendbaar” zijn (3-5 fte) en blijft onder leiding van de huidige directeur, Hanneke Lenkens. Het doel is om binnen drie jaar een bereik en schaalgrootte te creëeren van tussen de 20 en 30.000 terugkerende bezoekers en minimaal 5.000 betalende leden: “aantallen die nu nog buiten het bereik van de afzonderlijke partners liggen”, aldus het bestuur.
Drie ton per jaar
De financiering van IF 2.0 zal volgens het bestuur bestaan uit een combinatie van inkomsten uit partnerships – waarvoor o.a. een beroep zal worden gedaan op bestaande organisaties binnen de sector – lidmaatschapsbijdragen (€1 per week), activiteiten, subsidies en vermogens fondsen maar ook de overheid is in beeld. De minimaal benodigde jaarbegroting wordt door het bestuur ingeschat op €300.000: “Na drie jaar wordt IF 2.0 geacht op eigen benen te staan.” Inclusief het eigen negatieve vermogen van een ton, vergt het IF 2.0-plan – zo werd duidelijk uit vragen tijdens de ledenvergadering van 12 december – derhalve een miljoen euro.
Het IF-bestuur wil zo snel mogelijk, uiterlijk medio 2015, van start op twee voorwaarden: instemming van leden van Vereniging IF en uitzicht op voldoende (80% commitment van partners voor drie jaar) financiering van de plannen.
Kritische leden
Of het bestuur de handen op elkaar zal krijgen voor de nieuwe plannen, is nog onduidelijk. Vast staat dat een aantal kritische leden, onder aanvoering van uitgever Jaap Zeekant en ondernemer Jan Krol, al enige tijd felle oppositie voeren tegen het huidige bestuur. Dat gebeurt onder andere via Vakblad Fondsenwerving, het vakblad van Zeekant. De kritiek richtte zich hierbij in eerste instantie niet tegen de toekomstplannen – die pas vrijdag door het bestuur werden gepresenteerd - maar vooral tegen het vermeende financiele wanbeheer.
In een ‘open brief’ op de website van Vakblad Fondsenwerving richt Zeekant - ooit een van de oprichters van de beroepsvereniging NGF, dat later met ISF fuseerde tot het huidige IF – zijn pijlen hoofdzakelijk op het huidige bestuur (Kees Vendrik, Fons van Rooij, Paula Wiegers, Pamala Wiepking en Hans Blaauwbroek). Vooral voorzitter Kees Vendrik zou ernstig tekortschieten doordat hij te weinig aanwezig is bij IF-vergaderingen en –bijeenkomsten. Bovendien zou Vendrik het autonome toezicht in een nieuw validatiestelsel te graag willen inleveren bij de overheid. ‘Een niet te onderbouwen en uiterst vreemd standpunt voor een voorzitter die juist geacht wordt het voor zijn achterban op te nemen’, aldus Zeekant. Ook zou de kennis van het vak fondsenwerving onvoldoende vertegenwoordigd zijn in het bestuur volgens Zeekant.
‘Ledenraad Papieren tijger’
De zwaarste aantijging betreft echter het financiële beheer. Volgens Zeekant, die claimt door vele kritische IF-leden benaderd te zijn, zou het bestuur onvoldoende transparant zijn en niet genoeg gedaan hebben om de zorgelijke liquide positie van de koepel te verbeteren.
De Ledenraad, die toezicht moet houden op het bestuur, zou daarbij haar taak niet goed hebben uitgevoerd. Zeekant kwalificeert de huidige Ledenraad daarom als een ‘papieren tijger’, die hij oproept alsnog haar verantwoordelijkheid te nemen.
Zeekant, die zijn kritiek nadrukkelijk ‘op persoonlijke titel’ publiceerde, was jarenlang zakenpartner voor het IF met zijn Vakblad Fondsenwerving, dat door IF met korting werd ingekocht als onderdeel van het lidmaatschap. Dat collectieve abonnement werd door IF met ingang van 2015 opgezegd.
Zeekant vindt desgevraagd dat het wegvallen van het abonnement eerder of duidelijker had moeten worden aangekondigd: “Begin 2015 zou een mooi moment geweest zijn wat mij betreft, maar dat is nu niet relevant meer. Daarmee zou voorkomen worden dat leden die zich net hebben aangemeld, iets niet krijgen, waarvan ze bij hun aanmelding dachten er wel recht op te hebben.”
‘Faillissement IF’
Ook voormalig zakenpartner van Jaap Zeekant, Jan Krol, roert zich in de discussie. In een artikel op de website van Vakblad Fondsenwerving verklaart Krol – die net als Zeekant op de IF-ledenvergadering van 12 december zijn ongenoegen liet blijken over de huidige gang van zaken – het IF moreel en financieel ‘failliet’. ‘Financieel is men bankroet’, concludeert Krol, wijzend op het negatieve vermogen van het IF van ruim een ton: ‘Er is geen korte termijn overlevingsplan en er is geen ‘plan B’. Het bestuur denkt namelijk dat dit idee (IF 2.0, red.) ook het enige en grote plan is.’
Krol vergelijkt de huidige situatie bij IF met die van marketingkoepel DMSA: ‘Deze DMSA ging eind 2002 failliet. Een zwakke financiële basis (lees een negatief vermogen), zwaar verlies op een nieuwe aanpak van een congres (nieuwe locatie en alle communicatie alleen nog via de nieuwe media), teruglopend ledenaantal, te hoge bureaukosten, te veel nieuwe initiatieven (die geld kostten) en een reclamebureaudirecteur en ‘goeroe’ als voorzitter.’
Brief aan de leden
Het IF-bestuur wilde niet inhoudelijk ingaan op de beschuldigingen van onder andere Zeekant en verwijst naar de korte mededeling op haar website: ‘IF herkent zich niet in het beeld zoals geschetst. Het weerspiegelt een - op onjuiste feiten gestoelde – persoonlijke mening van één van onze leden (Zeekant, red.). Er is tijdens de vele ledenbijeenkomsten die IF organiseert alle gelegenheid om over leden- en andere zaken te praten. Wij voeren geen discussie via de media.’
Deze week stuurt het bestuur haar leden een uitgebreide brief waarin zij haar toekomstplannen nog eens toelicht. De leden worden uitgenodigd om hun mening en input te geven. Dat kan, wat IF-directeur Hanneke Lenkens betreft, doorlopend gebeuren.
Koepels