Op 1 maart begon Michael Rutgers als nieuwe directeur van het Astma Fonds. Rutgers volgt Jos Zoun op, die terugtreedt als bestuurder. Hij is door de Ledenraad benoemd voor een periode van vier jaar. “Ik wil meehelpen om van het Astma Fonds een maatschappelijke organisatie te maken die concreet resultaat boekt voor alle mensen met een chronische longaandoening.”
Michael Rutgers is geen onbekende in de wereld van goede doelen. Sinds medio 2004 was hij algemeen directeur van de Nederlandse Brandwonden Stichting. Rutgers is verder voorzitter van de werkgroep Code Goed Bestuur (Code Wijffels), die de VFI-leden ondersteunt bij het invoeren van de code, en bestuurslid van de Sectie Gezondheidsfondsen van de VFI. Van 1996 tot 2004 was hij directeur van het Johanna Kinderfonds te Arnhem. In de periode 1988 tot 1996 was hij onder meer hoofd afdeling onderzoek en medische zaken van de Vereniging Spierziekten Nederland.
Gefeliciteerd meneer Rutgers: had u het niet meer naar uw zin bij de Brandwonden Stichting?
Rutgers: “Helemaal niet, maar deze functie biedt mij de gelegenheid om nóg meer het verschil te maken. De maatschappelijke impact van het Astma Fonds is in cijfers uitgedrukt heel aansprekend. We hebben het over 1,6 miljoen mensen met een of andere vorm van een chronische longaandoening. Het is daarbij ook nog eens een groeiend probleem. Voor deze mensen is een adequate behandeling van groot belang. Wij moeten resultaten boeken waar ze écht wat aan hebben, daar gaat het mij om. En ik wil ervoor zorgen dat de belangen van mensen met chronische longaandoeningen op alle relevante terreinen prominent worden meegewogen.”
Een nieuwe directeur heeft natuurlijk een messcherpe missie voor de komende jaren.
Rutgers: “Ik wil meehelpen om dit fonds nog nadrukkelijker op de kaart te zetten als een maatschappelijke organisatie die mensen daadwerkelijk helpt. We zijn in deze sector allemaal zo vreselijk gefocust op werving. Ik zeg: laten we nou eerst eens zorgen dat we ons geld goed besteden en daarover goed communiceren, dan komt het met die werving ook goed.”
Eerst inhoud: dat is volgens ons wel uw stokpaardje toch?
Rutgers: “Ook binnen VFI-verband ben ik een pleitbezorger van het meetbaar maken van ons maatschappelijk resultaat. Het ontwikkelen van een goede benchmark en van criteria om onze impact te meten, vind ik heel belangrijk en ik zal me daar voorlopig ook voor blijven inzetten. Zolang we de buitenwacht nog niet goed duidelijk kunnen maken wat wij toevoegen aan deze samenleving, doen we het niet goed. Het zal dus beter moeten, willen we als goede doelenorganisaties over tien of vijftien jaar nog maatschappelijk relevant zijn.”