Aftopping periodieke giftenaftrek
Voor alle verplichtingen tot periodieke giften die aangegaan zijn na 4 oktober 2022 geldt per kalenderjaar een plafond van € 250.000 voor de giftenaftrek per belastingplichtige en de eventuele fiscale partner tezamen. De verplichtingen die voor dat tijdstip zijn aangegaan, komen tot en met 31 december 2026 zonder plafond in aanmerking voor de giftenaftrek.Periodieke giften die boven het plafond uitgaan zijn dus nog maximaal vijf kalenderjaren volledig aftrekbaar van het belastbare inkomen van de donateur en een eventuele fiscale partner. Een overgangsperiode van vier kalenderjaren geldt ook wanneer de verplichting is aangegaan voor een periode langer dan vijf kalenderjaren. Het plafond van € 250.000 is exclusief de multiplier voor giften aan culturele ANBI’s.
Aanpassing multiplier
Op grond van de wettekst tot 2023 kan ieder van de beide fiscale partners giften aan culturele ANBI’s met 1,25 vermenigvuldigen voor de giftenaftrek in de inkomstenbelasting, waarbij de maximale verhoging voor ieder van de partners € 1.250 is. In de praktijk werd deze faciliteit echter toegepast op de giften van partners tezamen, conform de bedoeling van de wetgever.In lijn hiermee is de wettekst per 1 januari 2023 zo aangepast dat giften van partners samen kunnen worden verhoogd tot ten hoogste € 1.250. Het kabinet komt nog met een tegemoetkoming voor partners die op basis van de wettekst tot 2023 recht hadden op de hogere aftrekpost in belastingjaren 2017-2022.
Periodieke giften
Het conceptvoorstel voor de Fiscale Verzamelwet 2024, dat in juli 2022 ter consultatie is gelegd bevat een aanpassing voor het begrip periodieke gift. Dit gebeurde enkele maanden voor een belangrijke uitspraak van de Hoge Raad. ’s Lands hoogste rechtscollege besliste dat bij periodieke giftenaftrek de werkelijke sterftekans geen rol speelt en dat een periodieke gift die afhankelijk is van meer levens aftrekbaar is.Voorgesteld wordt om per 2024 het begrip periodieke giften te definiëren als ‘aan ANBI’s of verenigingen gedane giften in de vorm van vaste en gelijkmatige termijnen gedurende vijf of meer jaren (in plaats van ‘periodieke uitkeringen’) die eindigen uiterlijk bij overlijden’.
Dat betekent dat niet langer hoeft te worden getoetst of wordt voldaan aan het onzekerheidsvereiste zoals dat voor periodieke uitkeringen geldt, dus of de overlijdenskans groter dan een procent is. Als gevolg van het arrest van de Hoge Raad van 7 oktober 2022 is dit onderdeel van het conceptvoorstel inmiddels achterhaald.
Met de voorgestelde aanpassingen blijft de kern van de periodieke giftenaftrek volgens de wetgever intact, namelijk dat er sprake moet zijn van onzekerheid over het aantal van de uiteindelijk uit te keren termijnen. Als de hoogte van een gift al vaststaat ten tijde van het vastleggen in de akte ook al wordt deze gift verspreid over ten minste vijf jaar, is er sprake van een eenmalige gift.
Dat is de reden dat de koppeling met overlijden gehandhaafd blijft. Ook mogen de termijnen nog steeds eerder eindigen dan bij overlijden, mits de omstandigheid waar dat van afhankelijk is gemaakt onzeker is en de belastingplichtige daar niet tot nauwelijks invloed op heeft.
Aanpassing vereisten schenkingsakten
Indien een schenker zich heeft vastgelegd op het doen van periodieke giften aan een ANBI die vervolgens de ANBI-status verliest, zijn die periodieke giften vanaf het tijdstip van beëindiging van de anbi-status niet meer aftrekbaar. Daarom wordt het, ter bescherming van de schenker, verplicht dat in de notariële of onderhandse akte van schenking is vermeld dat de periodieke gift aan een ANBI of kwalificerende vereniging in ieder geval wordt beëindigd bij verlies van de status van Algemeen Nut Beogende Instelling.Of bij verlies van status van kwalificerende vereniging en bij faillissement van de ontvanger van de gift. Tenzij de schenker in overwegende mate invloed heeft op die omstandigheden, zoals bijvoorbeeld bij zijn ‘eigen’ ANBI. Een schenker kan er bij beëindiging op deze grond uiteraard altijd nog voor kiezen om alsnog (niet-aftrekbare) giften te doen aan de betreffende instelling.
Wanneer kwalificeert een vereniging in dit geval? Ten eerste: wanneer deze geen onderneming voert en daarmee niet vennootschapsbelastingplichtig is of is vrijgesteld van vennootschapsbelasting, bijvoorbeeld omdat de vennootschap minder dan €15.000 winst maakt per jaar. Ten tweede: ten minste 25 leden heeft. En ten derde: is gevestigd in de EU, het Nederlandse Koninkrijk of enkele aangewezen landen.
Bescherming schenker bij arbeidsongeschiktheid of werkloosheid
De akte van schenking mag de mogelijkheid bieden tot beëindiging van de nog niet vervallen termijnen van de periodieke gift binnen de periode van vijf jaren bij arbeidsongeschiktheid of werkloosheid van de schenker, tenzij de schenker in overwegende mate invloed heeft op die omstandigheden. Deze beëindiging ziet op de nog niet vervallen termijnen van de periodieke gift binnen de periode van vijf jaren. Dit is nu geregeld in een beleidsbesluit.Verplicht taxatierapport
Om in aanmerking te komen voor giftenaftrek voor giften in natura gaat voor bedragen van meer dan € 10.000 als eis gelden dat er een onafhankelijke taxatie is opgemaakt. De ondergrens van € 10.000 wordt toegepast op het totaal aan giften in natura in een kalenderjaar. Bovendien geldt de ondergrens voor eventuele partners gezamenlijk, bij fiscaal partnerschap verdubbelt de ondergrens dus niet.Stel dat A en B fiscaal partners zijn. A helpt ANBI A op zaterdagen gratis met het opknappen van het pand, dat is een gift in natura stel met een tegenwaarde van € 9.000. B geeft een schilderij in bruikleen aan ANBI B, ook dat is een gift in natura stel met een tegenwaarde van € 2.500. Dan moet voor beide giften in natura een onafhankelijke taxatie worden opgemaakt ter onderbouwing van de waarde.
Mr. dr. Mitra Tydeman en mr. Pjotr Anthoni zijn beiden zijn werkzaam bij het Knowledge Centre van PwC. Ook zijn ze verbonden aan het Tilburg Institute for Family Business (TiFB), Anthoni als buitenpromovendus en Tydeman-Yousef als docent. Tydeman-Yousef is ook als gastmedewerker verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.
Arrest Hoge Raad
De Hoge Raad heeft op 7 oktober 2022 beslist dat bij periodieke giftenaftrek de werkelijke sterftekans geen rol speelt en dat een periodieke gift die afhankelijk is van meer levens aftrekbaar is. Met deze uitspraak heeft de Hoge Raad een eind gemaakt aan een jarenlange discussie over de invulling van het zogenoemde onzekerheidsvereiste voor de periodieke giftenaftrek. Dit vereiste houdt in dat de periodieke gift uiterlijk eindigt bij overlijden en er dus een zekere mate van onzekerheid is dat alle termijnen van de periodieke gift worden voldaan.Volgens de uitleg van de Belastingdienst moet daarvoor sprake zijn van een sterftekans van minstens een procent. Voor periodieke giften met een looptijd van vijf jaar die uiterlijk eindigen bij het overlijden van een schenker nam de Belastingdienst aan dat hieraan werd voldaan. Voor periodieke giften op twee levens (bijvoorbeeld giften die eindigen bij het overlijden van de langstlevende schenker) kwam de Belastingdienst bij echtparen die niet al te oud waren uit op een sterftekans van minder dan een procent, met als gevolg dat die giften niet voor aftrek in aanmerking kwamen.
Voorwaarden
De uitspraak van de Hoge Raad biedt duidelijkheid over de voorwaarden van een periodieke gift in de vorm van een jaarlijkse uitkering die afhankelijk is van het overlijden van de langstlevende partner. De in wet- en regelgeving vastgelegde voorwaarde voor de periodieke giftenaftrek is dat de looptijd van de uitkering minimaal vijf of meer jaren moet zijn. Door hieraan te voldoen is de uitkering aftrekbaar.Dat de sterftekans van de gever feitelijk lager is dan ongeveer een procent is in feite een praktische invulling van de Belastingdienst en staat naar het oordeel van de Hoge Raad niet aan aftrek als periodieke gift in de weg. Ook is het voor de aftrekbaarheid van de gift geen vereiste dat de periodieke gift alleen afhankelijk is van het overlijden van de belastingplichtige.