De sector Filantropie in 2024: een nieuw sociaal contract?

Jaar van de waarheid?
Jaar van de waarheid?
11 januari 2024
Commentaar | | Maatschappelijk initiatief

In het nieuwe jaar staat veel op het spel voor de filantropie. Na de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023 is het traditionele politieke middenveld weggevaagd. De kiezer heeft gesproken. Partijen als CDA, D66 en VVD laten daar een oorverdovende stilte achter. En vele onopgeloste problemen. De grootste zetelwinst ging naar partijen die niet eerder mee regeerden: PVV en Nieuw Sociaal Contract.



In Nederland heerst onbegrip en onbehagen. Hopelijk neemt de kabinetsformatie deze keer 
geen 299 dagen in beslag, zoals de vorige. Volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau meent één op de drie Nederlanders dat hardere actie nodig is tegen de overheid als deze keer op keer niet luistert. Deze onvrede over het functioneren van Den Haag is het antwoord op een opeenstapeling van maatschappelijke problemen. Crisis alom.
 
Filantropische fondsen gericht op cultuur, klimaat en ontwikkelingssamenwerking kijken met argusogen naar de monsterzege van de PVV. Zoals bekend heeft deze beweging weinig op met deze sectoren. Intussen baren aanhoudende geopolitieke spanningen grote zorgen. Aan de grenzen van Europa woeden bloedige en uitzichtloze conflicten die niet zonder gevolgen blijven voor onder meer de logistieke ketens en de energievoorziening. War is Hell.

Incompatibilité d'humeur

Ook in de sector filantropie zijn de verhoudingen gespannen. Gebrek aan overeenstemming bij de hoge heren aan de top speelde daarbij een belangrijke rol, wordt gezegd. Vorig jaar zetten de Samenwerkende Brancheorganisaties Filantropie (SBF) hun samenwerking plotsklaps op losse schroeven. De drie zuilen – Vermogensfondsen / Corporate Foundations, Goede Doelen en Kerkgenootschappen –  trekken tegenwoordig op in gelegenheidscoalities als ze dat al doen, want dat onttrekt zich vaak aan de waarneming.  

Gezien worden in Den Haag blijft lastig. De belangen van de aangesloten leden lopen te zeer uiteen met grofweg 350 fondsen en foundations, 250 erkende goede doelen en 28 kerkgenootschappen. De oude Grieken wisten het al: begrenzing is nodig om het onbegrensde vorm te geven. Voor een belangrijke sector die zichtbaar wil zijn in politiek Den  Haag, waar de panelen thans flink schuiven, is dat geen gunstige uitgangspositie.

Vage grenzen, fluïde definities helpen de filantropie niet vooruit. Zelfs in wetenschappelijke kringen wordt filantropie nog wel eens verward met filatelie (kennis van het postwezen). En dan algemeen nut. Wat is dat? Wat nuttig en nodig is voor het welzijn van alle burgers? Wie bepaalt dat? En wat moeten we met containerbegrippen als ‘bestaanszekerheid’ of ‘brede welvaart’. Trouwens: hoe kunnen we weten wat goed is voor toekomstige generaties?

Onmisbaar

Het wrange is dat uitgerekend filantropie (beter: maatschappelijk initiatief) onmisbaar is. Juist in barre tijden worden door het hele land goede werken verricht want de overheid kan het niet alleen. Zonder de inzet van talloze vrijwilligers zou Nederland al snel tot stilstand komen. Armoedefondsen en noodhulporganisaties draaien op volle toeren. En Nederland kent nog altijd een bloeiende en gevarieerde cultuursector. Maar hoe lang nog? En ook de universiteiten hebben het moeilijk. 

Wat nu? Hoe mooi zou het zijn als er met een nieuwe kabinet een vruchtbare samenwerking tot stand komt tussen de flexibiliteit van maatschappelijke initiatieven en de waarborgen van het overheidsbestel. Samen meer mogelijk maken. Pas dan is werkelijk sprake van een nieuw sociaal contract. Zou hiervoor in 2024 een solide basis gelegd kunnen worden? Dan moet er nog heel veel gebeuren. Te beginnen met eigen belangen ondergeschikt maken aan algemene deelbelangen. Of het zover komt? We gaan het in 2024 zien.